gemeente Steenbergen | Verordening tot eerste wijziging van de Legesverordening 2014

Officiele publicatie

Verordening tot eerste wijziging van de Legesverordening 2014

Het college van burgemeester en wethouders en de raad van de gemeente Steenbergen, elk voor zover hun bevoegdheden reiken;

gezien het advies van het college van burgemeester en wethouders 1 april 2014;

gelet op de artikelen 149, 156, eerste en tweede lid, aanhef en onder h, en artikel 229, eerste lid, aanhef en onder b, van de Gemeentewet, en de artikelen 2, tweede lid, en 7 van de Paspoortwet, zoals deze worden gewijzigd door het voorstel van rijkswet tot Wijziging van de Paspoortwet in verband met onder meer de status van de Nederlandse identiteitskaart (Kamerstukken I 2013/2014, 33440 (R1990), nr. A);

besluiten vast te stellen de volgende verordening:

Verordening tot eerste wijziging van de Legesverordening 2014

Artikel I

A. Artikel 2 wordt vervangen door:

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:

  • a.
    het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;
  • b.
    het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart of een reisdocument;

een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

B. Artikel 3 wordt vervangen door:

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument, dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.

C. Hoofdstuk 2 van titel 1 van de bij de Legesverordening 2014 behorende tarieventabel wordt gewijzigd als volgt:

Hoofdstuk 2 Reisdocumenten

1.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.2.1.1

tot het verstrekken van een nationaal paspoort, een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen

€ 50,--;

1.2.1.2

tot het verstrekken van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in 1.2.1.1 (zakenpaspoort)

€ 50,-- ;

1.2.1.3

tot het verstrekken van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort)

€ 50,--;

1.2.1.4

[gereserveerd]

1.2.1.5

[gereserveerd]

1.2.1.6

tot het afgeven van een reisdocument, indien aan de aanvrager reeds eerder en reisdocument werd verstrekt, welk document bij de aanvraag niet compleet kan worden overgelegd, de terzake verschuldigde leges, verhoogd met € 13,-- per vermist document.

1.2.2

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart als bedoeld in artikel 2, tweede lid, van de Paspoortwet:

1.2.2.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van veertien jaar nog niet heeft bereikt

€ 31,50;

1.2.2.2

in andere gevallen dan bedoeld in onderdeel 1.2.2.1

€ 41,50;

1.2.2.3

de tarieven als genoemd in de onderdelen 1.2.1.1 tot en met 1.2.1.3 alsmede 1.2.2 worden bij een spoedlevering vermeerderd met een bedrag

€46,60;

1.2.2.4

het tarief als genoemd in 1.2.2.1 wordt bij een gecombineerde spoedlevering van een nieuw reisdocument als bedoeld in 1.2.1.1, 1.2.1.2 en 1.2.1.3 slechts een keer per reisdocument berekend.

1.2.2.5

[gereserveerd]

1.2.2.6

het tarief bedraagt ter zake van het verstrekken van een Europees medisch paspoort.

€ 5,00;

D. Hoofdstuk 2 van titel 1 van de bij de Legesverordening 2014 behorende tarieventabel wordt gewijzigd als volgt:

Hoofdstuk 2 Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart

1.2.

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag:

1.2.1

van een nationaal paspoort:

1.2.1.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€66,50;

1.2.1.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 51,--;

1.2.2

van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in onderdeel 1.2.1 (zakenpaspoort):

1.2.2.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€66,50;

1.2.2.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 51,--;

1.2.3

van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort):

1.2.3.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€66,50;

1.2.3.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 51,--;

1.2.4

van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen

€ 51,--;

1.2.5

van een Nederlandse identiteitskaart:

1.2.5.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€52,50;

1.2.5.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 28,--;

1.2.6

gereserveerd

1.2.7

voor een spoedlevering van de in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.5 genoemde documenten, de in die onderdelen genoemde leges vermeerderd met een bedrag van

€47,05;

1.2.8

het tarief bedraagt ter zake van het verstrekken van een Europees medisch

paspoort

€ 5,00;

Artikel II

  • 1.
    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking en werkt terug tot en met de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing.
  • 2.
    In afwijking van het eerste lid treedt onderdeel C in werking met ingang van de eerste dag na de datum van bekendmaking en werkt terug tot 1 januari 2014.
  • 3.
    De datum van ingang van de heffing is 9 maart 2014.
  • 4.
    In afwijking van het tweede lid is de datum van ingang van de heffing van onderdeel C 1 januari 2014.
  • 5.
    Heffing op grond van onderdeel C vervalt op 8 maart 2014.
  • 6.
    Deze verordening wordt aangehaald als: Eerste wijziging Legesverordening 2014.

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van 1 april 2014 en in de openbare raadsvergadering van 24 april 2014.

Steenbergen, 24 april 2014

de griffier, de secretaris , de voorzitter,

drs. E.P.M. van der Meer mr. J.M.W.H. Leloux J.A.M. Vos

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2014

De raad van de gemeente Steenbergen;

In behandeling genomen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 4 november 2013

Gelet op:

artikel 147 Gemeentewet

de artikelen 156, tweede lid, aanhef en onderdeel h, en 229 , eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet en artikel 1 van de Wet van 13 oktober 2011, houdende regeling van een grondslag voor de heffing van rechten voor de Nederlandse identiteitskaart (Stb. 2011, 440);

besluit:

vast te stellen de volgende verordening

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2014

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.
    ’dag’: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;
  • b.
    ’week’: een aaneengesloten periode van zeven dagen;
  • c.
    ’maand’: het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand;
  • d.
    ’jaar’: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;
  • e.
    'kalenderjaar': de periode van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:

  • a.
    het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;
  • b.
    het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart als bedoeld in artikel 2, tweede lid, van de Paspoortwet;

een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst of van de Nederlandse identiteitskaart, dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.

Artikel 4 Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

a. diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;

b. diensten met betrekking tot een aanvraag tot verlening of gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning of wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning, voor zover die aanvraag betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een inrichting als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder e, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;

c. het in behandeling nemen van een aanvraag tot verlening van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onderdeel i, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, voor zover het een activiteit betreft bedoeld in artikel 2.2a van het Besluit omgevingsrecht (omgevingsvergunning beperkte milieutoets);

Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven

1.

De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

2.

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet.

3.

Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7 Termijnen van betaling

1.

In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

  • a.
    mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;
  • b.
    schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 14 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.
2.

De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges kan kwijtschelding worden aangevraagd voor leges die geheven worden op basis van de artikelen 1.15.3 en 1.15.4.

Artikel 9 Vermindering of teruggaaf

1.

Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling.

2.

Voor de toepassing van artikel 28, vierde lid, van de Invorderingswet 1990 wordt de teruggaaf van leges, bedoeld in het eerste lid, aangemerkt als een vermindering van de belastingaanslag.

Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden

Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:

  • a.
    van zuiver redactionele aard zijn;
  • b.
    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:
    • 1.
      onderdeel 1.1.9 (akten burgerlijke stand);
    • 2.
      hoofdstuk 2 (reisdocumenten);
    • 3.
      hoofdstuk 3 (rijbewijzen);
    • 4.
      onderdelen 1.4.5 en 1.4.6 (verstrekkingen uit basisadministratie personen met behulp van alternatieve media of schriftelijk);
    • 5.
      hoofdstuk 6 (verstrekkingen op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens);
    • 6.
      onderdeel 1.9 1 (verklaring omtrent het gedrag);
    • 7.
      hoofdstuk 13 (kansspelen);

een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.

Artikel 12 Overgangsrecht

1.

De ‘Verordening op de heffing en de invordering van leges 2013’ van 20 december 2012, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 13, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

2.

Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 13, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.

Artikel 13 Inwerkingtreding

1.

Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

2.

De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2014.

Artikel 14 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Legesverordening 2014.

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 19 december 2013.

Steenbergen, 19 december 2013

De raad voornoemd,

de griffier de voorzitter

drs. E.P.M. van der meer drs. S.C.C.M. Bolten

Tarieventabel, behorende bij de Legesverordening 2014

Indeling tarieventabel

Titel 1 Algemene dienstverlening

Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand

Hoofdstuk 2 Reisdocumenten

Hoofdstuk 3 Rijbewijzen

Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de Gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens

Hoofdstuk 5 Verstrekkingen uit het Kiezersregister

Hoofdstuk 6 Verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens

Hoofdstuk 7 Bestuursstukken

Hoofdstuk 8 Vastgoedinformatie

Hoofdstuk 9 Overige publiekszaken

Hoofdstuk 10 Gemeentearchief

Hoofdstuk 11 Marktstandplaatsen

Hoofdstuk 12 Winkeltijdenwet

Hoofdstuk 13 Kansspelen

Hoofdstuk 14 Telecommunicatie/Nutsvoorzieningen

Hoofdstuk 15 Verkeer en vervoer

Hoofdstuk 16 Leegstandswet

Hoofdstuk 17 Diversen

Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

Hoofdstuk 2 Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag

Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning

Hoofdstuk 4 Gereserveerd

Hoofdstuk 5 Teruggaaf

Hoofdstuk 6 Overschrijven omgevingsvergunning

Hoofdstuk 7 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten

Hoofdstuk 8 In deze titel niet benoemde beschikking

Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn

Hoofdstuk 1 Horeca

Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen of markten

Hoofdstuk 3 Prostitutiebedrijven

Hoofdstuk 4 Inrichtingen

Hoofdstuk 5 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

Titel 1 Algemene dienstverlening

Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand

1.1.1

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap op:

1.1.1.1

Locatie Buiten de Veste maandag vanaf 10:30 uur t/m vrijdag

€ 405,--;

1.1.1.1.1

Locatie Buiten de Veste zaterdagen

€ 705,--;

1.1.1.1.2

Locatie Buiten de Veste zondag of op een algemeen erkende feestdag in de zin van de Algemene Termijnen wet, uitgezonderd GoedeVrijdag

€ 1.405,--;

1.1.1.2.1

Locatie Nieuw-Vossemeer maandag vanaf 10:30 uur t/m vrijdag

€ 175,--;

1.1.1.2.2

Locatie Nieuw-Vossemeer zaterdagen

€ 310,--;

1.1.1.2.3

Locatie Nieuw-Vossemeer zondag of op een algemeen erkende feestdag in de zin van de Algemene Termijnen wet, uitgezonderd Goede Vrijdag

€ 615,--;

1.1.1.3.1

Vrije locatie maandag vanaf 10:30 uur t/m vrijdag

€ 475,--;

1.1.1.3.2

Vrije locatie zaterdagen

€ 565--;

1.1.1.3.3

Vrije locatie zondag of op een algemeen erkende feestdag in de zin van de Algemene Termijnen wet, uitgezonderd Goede Vrijdag

€ 775,--;

1.1.1.4.1

Locatie Kaaistraat maandag vanaf 10:30 uur

€ 570,--;

1.1.1.4.2

Locatie Kaaistraat dinsdag t/m vrijdag

€ 670,--;

1.1.1.4.3

Locatie Kaaistraat zaterdagen

€ 970,--;

1.1.1.4.4

Locatie Kaaistraat zondag of op een algemeen erkende feestdag in de zin van de Algemene Termijnen wet, uitgezonderd Goede Vrijdag

€ 1.985,-

1.1.2

Het tarief bedraagt ter zake van het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk indien daarbij gebruik gemaakt wordt van de trouwzaal of een andere door de gemeente hiertoe aangewezen ruimte op:

1.1.2.1

Locatie Buiten de Veste maandag vanaf 10:30 uur t/m vrijdag

€ 405,--;

1.1.2.1.1

Locatie Buiten de Veste zaterdagen

€ 705,--;

1.1.2.2.2

Locatie Buiten de Veste zondag of op een algemeen erkende feestdag in de zin van de Algemene Termijnen wet, uitgezonderd GoedeVrijdag

€ 1.405,--;

1.1.2.2.1

Locatie Nieuw-Vossemeer maandag vanaf 10:30 uur t/m vrijdag

€ 175,--;

1.1.2.2.2

Locatie Nieuw-Vossemeer zaterdagen

€ 310,--;

1.1.2.2.3

Locatie Nieuw-Vossemeer zondag of op een algemeen erkende feestdag in de zin van de Algemene Termijnen wet, uitgezonderd Goede Vrijdag

€ 615,--;

1.1.2.3.1

Vrije locatie maandag vanaf 10:30 uur t/m vrijdag

€ 475,--;

1.1.2.3.2

Vrije locatie zaterdagen

€ 565,--;

1.1.2.3.3

Vrije locatie zondag of op een algemeen erkende feestdag in de zin van de Algemene Termijnen wet, uitgezonderd Goede Vrijdag

€ 775,--;

1.1.2.4.1

Locatie Kaaistraat maandag vanaf 10:30 uur

€ 570,--;

1.1.2.4.2

Locatie Kaaistraat dinsdag t/m vrijdag

€670,--;

1.1.2.4.3

Locatie Kaaistraat zaterdagen

€970,--;

1.1.2.4.4

Locatie Kaaistraat zondag of op een algemeen erkende feestdag in de zin van de Algemene Termijnen wet, uitgezonderd Goede Vrijdag

€1.985,--

1.1.2.5.1

Bij inzet van gemeentepersoneel als getuige bij de voltrekking van een huwelijk of de registratie van een partnerschap ( per getuige)

€ 25,--;

1.1.2.5.2

Voor het wijzigen van een reeds gemaakte reservering voor een huwelijkslocatie en/of wijziging van reeds gereserveerde huwelijksdatum of partnerschapregistratie

€ 50,--;

1.1.2.5.3

Voor het eenmalig benoemen van een ambtenaar die als trouwambtenaar is bij een andere gemeente:

€ 111,--;

1.1.3

Het tarief bedraagt ter zake van de voltrekking van een huwelijk of ineen registratie van een partnerschap in een bijzonder huis ingevolge artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek € 148,-- meer dan de in artikel 1.1.1 genoemde tarieven

1.1.4

Het tarief bedraagt ter zake van het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk in een bijzonder huis ingevolge artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek € 148,-- meer dan de in artikel 1.1.1 genoemde tarieven

1.1.5

Het tarief bedraagt ter zake van het verstrekken van:

1.1.5.1

een trouwboekje of een partnerschapsboekje

€ 34,05;

1.1.6

Voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap op locatie Buiten de Veste bedraagt het tarief:

1.1.6.1

Op maandag, om 9:30 uur en 10:00 uur, op een nader te bepalen ruimte met maximaal 16 genodigden naast het bruidspaar

€ 80,--;

1.1.6.2

Op maandag, om 9:00 uur en 9:15 uur, in de spreekkamer, zonder genodigden en zonder getuigen. Het tarief van artikel 1.1.6.2 wordt niet verhoogd met het tarief van artikel 1.1.2.5.1.

€ nihil;

1.1.7

[gereserveerd]

1.1.7.1

[gereserveerd]

1.1.7.2

[gereserveerd]

1.1.7.3

[gereserveerd]

1.1.7.4

[gereserveerd]

1.1.8

Het tarief bedraagt ter zake van het doen van nasporingen, ongeacht het resultaat, in de registers van de Burgerlijke stand, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 18,55;

1.1.9

Ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand

Hoofdstuk 2 Reisdocumenten

1.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.2.1.1

tot het verstrekken van een nationaal paspoort, een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen

€ 51,50;

1.2.1.2

tot het verstrekken van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in 1.2.1.1 (zakenpaspoort)

€ 51,50 ;

1.2.1.3

tot het verstrekken van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort)

€ 51,50;

1.2.1.4

[gereserveerd]

1.2.1.5

[gereserveerd]

1.2.1.6

Tot het afgeven van een reisdocument, indien aan de aanvrager reeds eerder en reisdocument werd verstrekt, welk document bij de aanvraag niet compleet kan worden overgelegd, de terzake verschuldigde leges, verhoogd met € 13,-- per vermist document.

1.2.2

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart als bedoeld in artikel 2, tweede lid, van de Paspoortwet:

1.2.2.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van veertien jaar nog niet heeft bereikt

€ 32,50;

1.2.2.2

in andere gevallen dan bedoeld in onderdeel 1.2.2.1

€ 42,50;

1.2.2.3

De tarieven als genoemd in de onderdelen 1.2.1.1 tot en met 1.2.1.3 alsmede 1.2.2 worden bij een spoedlevering vermeerderd met een bedrag

€48,--;

1.2.2.4

Het tarief als genoemd in 1.2.2.1 wordt bij een gecombineerde spoedlevering van een nieuw reisdocument als bedoeld in 1.2.1.1, 1.2.1.2 en 1.2.1.3 slechts een keer per reisdocument berekend.

1.2.2.5

[gereserveerd]

1.2.2.6

Het tarief bedraagt ter zake van het verstrekken van een Europees medisch paspoort

€ 5,00;

Hoofdstuk 3 Rijbewijzen

1.3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs

€ 38,00;

1.3.2

Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt bij een spoedlevering,verhoogd met

€ 34,00 ;

1.3.3

Tot het afgeven van een rijbewijs, indien aan de aanvrager reeds eerder en rijbewijs werd verstrekt, welk document bij de aanvraag niet compleet kan worden overgelegd, de terzake verschuldigde leges, verhoogd met

€13,00;

1.3.4

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven van een eigen verklaring de ter zake verschuldigde leges te verhogen met

€3,30 ;

1.3.5

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een digitale aanvraag tot het afgeven van een eigen verklaring de ter zake verschuldigde leges te verhogen met

€ 3,00 ;

Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de basisregistratie personen

1.4.1

Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van de onderdelen 1.4.3 en 1.4.4, wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon waarvoor basisregistratie personen moet worden geraadpleegd.

1.4.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.4.2.1

tot het verstrekken van gegevens:

1.4.2.1.1

per verstrekking aan de balie

€ 7,00;

1.4.2.1.2

per verstrekking per post

€ 9,30;

1.4.2.1.3

per verstrekking digitaal

€ 6,00;

1.4.2.2

[gereserveerd]

1.4.2.2.1

[gereserveerd]

1.4.2.2.2

[gereserveerd]

1.4.2.2.3

[gereserveerd]

1.4.2.2.4

[gereserveerd]

1.4.2.2.5

[gereserveerd]

1.4.2.3

[gereserveerd]

1.4.3

Voor de toepassing van onderdeel 1.4.4 wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens over één persoon die niet zijn opgenomen in de basisregistratie personen.

1.4.4

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.4.4.1

tot het verstrekken van gegevens:

1.4.4.1.1

per verstrekking aan de balie

€ 7,00;

1.4.4.1.2

per verstrekking per post

€ 9,30;

1.4.4.1.3

per verstrekking digitaal

€ 6,00;

1.4.4.2

[gereserveerd]

1.4.4.2.1

[gereserveerd]

1.4.4.2.2

[gereserveerd]

1.4.4.2.3

[gereserveerd]

1.4.4.2.4

[gereserveerd]

1.4.4.2.5

[gereserveerd]

1.4.5

In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens met behulp van alternatieve media bedoeld in artikel 16, tweede lid, van het Besluit basisregistratie personen

€ 22,69

1.4.6

In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het schriftelijk verstrekken van gegevens bedoeld in artikel 17, tweede lid, van het Besluit basisregistratie personen

€2,27

1.4.7

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de basisregistratie personen, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 18,50;

1.4.8

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag

tot het verstrekken van een persoonslijst (in andere gevallen dan waarin

dit kosteloos moet)

€ 9,00;

Hoofdstuk 5 Verstrekkingen uit het Kiezersregister

1.5 .1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een inlichting betreffende de registratie van de aanvrager als kiezer bedoeld in artikel D4 van de Kieswet

€ 13,00;

Hoofdstuk 6 Verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens

1.6.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een bericht als bedoeld in artikel 35 van de Wet bescherming persoonsgegevens:

1.6.1.1

bij verstrekking op papier, indien het afschrift bestaat uit:

1.6.1.1.1

ten hoogste 100 pagina’s, per pagina

€ 0,25;

met een maximum per bericht van

€ 5,05;

1.6.1.1.2

meer dan 100 pagina’s

€ 25,20;

1.6.1.2

bij verstrekking anders dan op papier

€ 5,05;

1.6.1.3

dat bestaat uit een afschrift van een, vanwege de aard van de verwerking, moeilijk toegankelijke gegevensverwerking

€ 25,20;

1.6.2

Indien voor hetzelfde bericht op grond van de onderdelen 1.6.1.1, 1.6.1.2 en 1.6.1.3 meerdere vergoedingen kunnen worden gevraagd, wordt slechts de hoogste gevraagd.

1.6.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzet als bedoeld in artikel 40 van de Wet bescherming persoonsgegevens

€ 5,05;

Hoofdstuk 7 Bestuursstukken

1.7.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

1.7.1.1

een afschrift van programmabegroting

€ 14,40;

1.7.1.2

een afschrift van de jaarverslag/jaarrekening

€ 14,40;

1.7.1.3

een afschrift van het burgerjaarverslag

€ 14,40;

1.7.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.7.2.1

tot het verstrekken van:

1.7.2.1.1

een afschrift van het verslag/besluitenlijst van een raadsvergadering, per pagina

€ 0,10;

1.7.2.1.2

een afschrift van de stukken behorende bij een raadsvergadering, per pagina

€ 0,10;

1.7.2.2

tot het afsluiten van een abonnement voor een kalenderjaar:

1.7.2.2.1

op de verslagen/besluitenlijsten van de raadsvergaderingen

€ 26,20;

1.7.2.2.2

op de stukken behorende bij de raadsvergaderingen

€ 26,20;

1.7.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.7.3.1

tot het verstrekken van:

1.7.3.1.1

een afschrift van het verslag van een vergadering van een raadscommissie, per pagina

€ 0,10;

1.7.3.1.2

een afschrift van de stukken behorende bij een vergadering van een raadscommissie, per pagina

€ 0,10;

1.7.3.2

tot het afsluiten van een abonnement voor een kalenderjaar:

1.7.3.2.1

op de verslagen van de vergaderingen van een raadscommissie

€ 13,10;

1.7.3.2.2

op de stukken behorende bij de vergaderingen van een raadscommissie

€ 13,10;

1.7.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

1.7.4.1

een afschrift van een gemeentelijke verordening, voor zover in deze verordening niet anders bepaald, per pagina

€ 0,10;

1.7.5

indien de in dit hoofdstuk genoemde abonnementen worden afgesloten, wordt het tarief voor het resterende gedeelte van het kalenderjaar naar tijdsgelang vastgesteld.

Hoofdstuk 8 Vastgoedinformatie

1.8.1

Het tarief bedraagt ter zake van het op verzoek doen van nasporingen, ongeacht het resultaat, in het gemeentelijk kadaster voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 18,55;

1.8.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van inlichtingen omtrent de kadastrale, dan wel de plaatselijke aanduiding, per inlichting:

€ 11,20;

1.8.3

Het tarief bedraagt ter zake van het verlenen van inzage van de perceelskaarten, per perceelskaart

€ 11,20;

1.8.4

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.8.4.1

tot het verstrekken van een fotokopie, voor de eerste pagina

€ 0,60;

vermeerderd voor elke pagina met

€ 0,15;

In formaat A4 of kleiner per bladzijde

€ 0,15;

In formaat A3

€ 0,25;

1.8.4.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een lichtdruk van een plan, zoals bestemmingsplan, voorbereidingsbesluit, streekplan, structuurplan of stadsvernieuwingsplan, per dm2 lichtdruk

€ 0,10;

1.8.4.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of uittreksel uit de inschrijving in het register bedoeld in artikel 6, eerste lid, van de Monumentenwet 1988

€ 13,70;

1.8.4.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of uittreksel uit het openbare register van beschermde monumenten bedoeld in artikel 20 van de Monumentenwet 1988

€ 13,70;

1.8.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.8.5.1

om informatie uit het Kadastraal register via Kadastraal On-line:

-de door het Kadaster in rekening gebrachte legeskosten

-voor het verstrekken van informatie uit en over de niet gemeentelijke beperkingen een toeslag per kwartier

€ 18,55;

1.8.6

om toelichting op het ter inzage verleende dossier, per kwartier

€ 18,55;

1.8.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of uittreksel uit:

1.8.7.1

de gemeentelijke basisregistratie adressen of de gemeentelijke basisregistratie gebouwen, bedoeld in artikel 2 van de Wet basisregistraties adressen en gebouwen

€ 12,80;

1.8.7.2

het gemeentelijke beperkingenregister of de gemeentelijke beperkingenregistratie, bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen, dan wel tot het verstrekken van een aan die registratie ontleende verklaring, als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder c, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen

€ 12,80;

Hoofdstuk 9 Overige publiekszaken

1.9

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.9.1

tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het gedrag geldt het tarief zoals dit is opgenomen in artikel 39 lid 2 van de Wet Justitiele Gegevens

1.9.2

tot het verkrijgen van een bewijs van in leven zijn

€ 7,00;

1.9.2.1

[gereserveerd]

1.9.3

tot het verkrijgen van een legalisatie van een handtekening

€ 6,50;

1.9.4

tot het verkrijgen van een bewijs van Nederlanderschap

€ 7,00;

1.9.5

Ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot naturalisatie geldt het tarief zoals dit is opgenomen in het Besluit Naturalisatiegelden 2002, of zoals dit besluit laatstelijk is vervangen of gewijzigd.

Hoofdstuk 10 Gemeentearchief

1.10.1

Het tarief bedraagt ter zake van het op verzoek doen van nasporingen, ongeacht het resultaat, in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 19,20;

1.10.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van:

1.10.2.1

een afschrift of fotokopie van een in het gemeentearchief berustend stuk, voor de eerste pagina

€ 0,60;

vermeerderd voor elke pagina met

€ 0,10;

1.10.2.2

een uittreksel uit een in het gemeentearchief berustend stuk

€ 9,00;

Hoofdstuk 11 Marktstandplaatsen

1.11.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag op grond van de Marktverordening gemeente Steenbergen 2013:

1.11.1.1

tot het verlenen van een vast-standplaatsvergunning (artikel 3, eerste lid):

€74,-- ;

1.11.1.2

Tot het overschrijven van een vaste-standplaatsvergunning op naam van een ander (artikel 9):

€74,--

Hoofdstuk 12 Winkeltijdenwet

1.12

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.12.1

voor een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet of het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet

€ 148,--;

1.12.2

voor een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenverordening

€ 148,--;

1.12.3

tot het verlenen van toestemming om een in de vorige onderdelen bedoelde ontheffing over te dragen aan een ander

€ 148,--;

1.12.4

tot het intrekken of wijzigen van een in de vorige onderdelen bedoelde ontheffing

€ 148,--;

Hoofdstuk 13 Kansspelen

1.13.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen:

1.13.1.1

voor een periode van twaalf maanden voor één kansspeelautomaat

€ 56,50;

1.13.1.2

voor een periode van twaalf maanden voor twee kansspeelautomaten

€ 90,50

1.13.1.3

voor één kansspelautomaat, welke vergunning geldt voor een periode van 4 jaar

€226,--;

1.13.1.4

voor twee kansspelautomaten, welke vergunning geldt voor een periode van 4 jaar

€362,--;

1.13.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning)

€ 38,20;

Hoofdstuk 14 Telecommunicatie/Nutsvoorzieningen

1.14

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.14.1

Voor het afgeven van een instemmingbesluit voor het leggen, in stand houden en het opruimen van kabels en leidingen binnen het grondgebied van de Gemeente voor trajecten tot een lengte van 500 meter

€ 482,--;

1.14.1

Voor het afgeven van een instemmingbesluit voor het leggen, in stand houden en het opruimen van kabels en leidingen binnen het grondgebied van de Gemeente voor trajecten vanaf een lengte van 500 meter ;

€0,65 per strekkende meter vermeerderd met het tarief van artikel 1.14.1

1.14.1.1

Het in behandeling nemen van een melding voor werkzaamheden van minder ingrijpende aard

€114--;

Hoofdstuk 15 Verkeer en vervoer

1.15

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.15.1

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990

€ 39,80;

1.15.2

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van de Regeling voertuigen

€ 39,80;

1.15.3

tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW)

€ 68,--;

1.15.3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een digitale aanvraag tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW)

€ 61,20;

1.15 .4

tot het verkrijgen van een duplicaat gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in de Regeling gehandicaptenparkeerkaart

€ 39,70;

Hoofdstuk 16 Leegstandswet

1.16

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.16.1

tot het verlenen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet

€ 111,--;

1.16.2

tot het verlengen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, vijfde lid, van de Leegstandwet

€ 93,--;

Hoofdstuk 17 Diversen

1.17.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

1.17.1.1

gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

€ 1,30;

1.17.1.2

afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, voor de eerste pagina

€ 1,30;

vermeerderd voor elke volgende pagina met

€ 0,10;

1.17.1.3

kaarten, tekeningen en lichtdrukken, al dan niet behorend bij de in de onderdelen 1.17.1.1 en 1.17.1.2 genoemde stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per kaart, tekening of lichtdruk € 0,10 per dm2;

1.17.1.4

een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen

€ 5,95;

1.17.1.5

stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina €1,30 vermeerderd met € 4,90 indien de bovengenoemde stukken of uittreksels per post worden verstrekt

1.17.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag ter verkrijging van een ontheffing voor het buiten een kampeerterrein plaatsen van kampeermiddelen (art. 4:18 Algemene plaatselijke verordening)

€ 74,--;

1.17.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag ter verkrijging van een stookontheffing (art.5:34 Algemene plaatselijke verordening)

€ 111,--;

1.17.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.17.4.1

tot het verkrijgen van een vergunning voor het gebruiken van openbare plaatsen zoals de weg (art.2:10 Algemene plaatselijke verordening)

€ 74,--;

1.17.4.2

tot het verkrijgen van een vergunning voor het ter beschikking stellen van vuurwerk (art. 2:72 Algemene plaatselijke verordening)

€ 259.--;

1.17.4.3

tot het verkrijgen van een ontheffing voor het parkeren van grote

voertuigen: per dag (art.5:8 Algemene plaatselijke verordening)

€ 74,--;

1.17.4.4

tot het verkrijgen van een ontheffing voor het plaatsen of hebben van kampeermiddelen e.a.: per dag (art.5:6 Algemene plaatselijke verordening)

€ 74,--;

1.17.4.5

tot het verkrijgen van een ontheffing voor parkeren van reclame voertuigen: per dag: (art.5:7 Algemene plaatselijke verordening)

€ 74,--;

1.17.4.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag welke op grond van de Algemene plaatselijke verordening wordt verstrekt, voor zover daarvoor niet elders in dit hoofdstuk of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen:

€ 74,--;

1.17.4.6.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een digitale aanvraag welke op grond van de Algemene plaatselijke verordening wordt verstrekt, voor zover daarvoor niet elders in dit hoofdstuk of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen:

€ 67,--;

1.17.4.7

tot het verkrijgen van een vergunning of een standplaatsvergunning als bedoeld in artikel 5:15 en 5.18 van de Algemene plaatselijke verordening (ventvergunning of een standplaatsvergunning)

1.17.4.7.1

per dag waarvoor vergunning wordt verleend

€ 18,50;

1.17.4.7.2

per week of minder waarvoor vergunning wordt verleend, doch meer dan één dag

€ 37,10;

1.17.4.7.3

per maand of minder waarvoor vergunning wordt verleend, doch meer dan één dan week

€ 55,60;

1.17.4.7.4

per jaar of minder waarvoor vergunning wordt verleend, doch meer dan één maand

€ 111,--;

1.17.4.8

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag ter verkrijging van een vergunning voor het inzamelen van geld of goederen (collecteren artikel 5:13 APV)

€ 18,50;

1.17.4.9

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een digitale aanvraag ter verkrijging van een vergunning voor het inzamelen van geld of goederen (collecteren artikel 5:13 APV)

€ 17,--;

1.17.4.10

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag ter verkrijging van een (doorlopende) vergunning voor het inzamelen van geld of goederen welke een keurmerk bezitten van het CBF

€ 74,--;

1.17.4.11

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor het verkrijgen van een ontheffing ‘overige geluidshinder’ (artikel 4:6 APV)

€ 111,--;

Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

2.1.1

Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:

2.1.1.1

aanlegkosten:

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft;

2.1.1.2

bouwkosten:

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de bouwkosten, exclusief omzetbelasting, bedoeld in het normblad NEN 2631, uitgave 1979, of zoals dit normblad laatstelijk is vervangen of gewijzigd. Ter vaststelling van de voornoemde raming van de kosten worden gehanteerd de Reed Business Information (voorheen Elsevier en Misset) taxatieboekjes voor woningen, agrarische bouwwerken en bedrijfspanden, alsmede de samengestelde eenheidsprijzenlijst, gebaseerd op genoemde taxatieboekjes, een en ander inclusief omzetbelasting. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft;

2.1.1.3

Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

2.1.2

In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.

2.1.3

In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

Hoofdstuk 2 Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag

2.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

2.2.1

om vooroverleg in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunbaar is.

Getoetst wordt of het plan in overeenstemming is met het geldende bestemmingsplan of in afwijking van het bestemmingsplan voorstelbaar is en voldoet aan de bepalingen zoals gesteld in het welstandsbeleidsplan. Indien het voor de behandeling van het vooroverleg noodzakelijk is om extern advies in te winnen voor de toetsing aan de welstandscriteria, wordt het tarief verhoogd met het bedrag dat wordt berekend overeenkomstig art. 2.3.1.2 (hoofdstuk 3) van deze verordening.

€ 169,--;

Indien na beoordeling van het vooroverleg blijkt dat een voorgenomen project vergunningsvrij is, worden geen leges in rekening gebracht.

2.2.2

om beoordeling van een conceptaanvraag om een omgevingsvergunning:

15%

van de leges zoals deze bij een daadwerkelijke aanvraag om een omgevingsvergunning voor het project zouden worden vastgesteld.

Indien na beoordeling van de conceptaanvraag blijk dat het project vergunningsvrij is, worden geen leges in rekening gebracht.

Indien binnen één jaar na beoordeling van de conceptaanvraag een aanvraag om een omgevingsvergunning wordt ingediend, wordt er teruggaaf van leges voor de conceptaanvraag verleend op de leges voor de aanvraag omgevingsvergunning.

Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning

2.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

2.3.1

Bouwactiviteiten

2.3.1.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief :

2.3.1.1.1

indien de bouwkosten:

a.minder bedragen dan € 12.500,- - €318,--

b.wanneer de bouwkosten € 12.500,-- of meer bedragen € 318,--

vermeerderd met 25,8‰ van het bedrag waarmee die bouwkosten

€ 12.500,-- te boven gaan.

2.3.1.1.2

In afwijking van het gestelde onder 2.3.1.1 bedraagt het tarief indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1 eerste lid, onder a, van de Wabo en het betreft kassenbouw:

a.minder bedragen dan € 12.500,- € 318,--

b.wanneer de bouwkosten €12.500,- of meer bedragen € 318,--

vermeerderd met 22,7‰ van het bedrag waarmee die bouwkosten

€ 12.500,- te boven gaan.

2.3.1.1.3

De overeenkomstig 2.3.1 tot en met 2.3.1.1.2 berekende bedragen worden naar beneden afgerond op gehele euro’s.

Welstandstoets

2.3.1.2

Het van toepassing zijnde tarief op grond van hoofdstuk 3 wordt verhoogd in verband met een toetsing aan welstandscriteria indien de bouwkosten:

a.€ 1,--tot en met € 500.000,-- met 0,08% van de bouwkosten met een minimum van € 48,--

b.€ 500.001,-- tot en met € 1.000.000,-- met € 479,--

c.€ 1.000.001,-- tot en met € 1.500.000,-- met € 584,--

d.€ 1.500.001,-- tot en met € 2.000.000,-- met € 689,--

e.€ 2.000.001,-- tot en met € 2.500.000,-- met € 796,--

f.€ 2.500.001,-- tot en met € 5.000.000,-- met € 959,--

g.€ 5.000.001,-- tot en met € 7.500.000,-- met €1.211,--

h.€ 7.500.001,-- tot en met € 10.000.000,-- met €1.458,--

i.€ 10.000.001,-- tot en met € 12.500.000,-- met €1.709,--

j.€ 12.500.001,-- tot en met € 15.000.000,-- met €1.958,--

k.€ 15.000.001,-- tot en met € 17.500.000,-- met €2.208,--

l.€ 17.500.000,-- of meer met €2.500,--

2.3.1.2.1

Het in 2.3.1.2 berekend bedrag wordt naar beneden afgerond op gehele euro’s.

Verplicht advies agrarische commissie

2.3.1.3

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de agrarische commissie nodig is en wordt beoordeeld:

€802,--;

Achteraf ingediende aanvraag

2.3.1.4

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit:

20%

van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges.

2.3.2

Aanlegactiviteiten

2.3.2.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€334,--;

Het verschuldigde bedrag op grond van onderdeel 2.3.2.1 wordt indien de aanvraag van een aanlegvergunning:

2.3.2.2

krachtens wettelijk voorschrift slechts kan worden afgehandeld wanneer een archeologisch inventariserend onderzoek wordt beoordeeld , verhoogd met

€900,--;

2.3.2.3

krachtens wettelijk voorschrift slechts kan worden afgehandeld wanneer een programma van eisen van opgraving wordt beoordeeld, verhoogd met

€1.240,--;

2.3.3

Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1:

2.3.3.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

€450,-;

van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag;

2.3.3.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):

€450,--;

van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag;

2.3.3.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

€8.530,--;

van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag;

2.3.3.4

indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking):

€615,--;

van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag;

2.3.3.5

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

€450,--;

van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag;

2.3.3.6

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

€450,--;

van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag;

2.3.3.7

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

€450,--;

van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag;

2.3.4

Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.4.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

€615,--;

2.3.4.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):

€615,--;

2.3.4.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

€8.775,--;

2.3.4.4

indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking)

€615,--;

2.3.4.5

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

€615,--;

2.3.4.6

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

€615,--;

2.3.4.7

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

€615,--;

2.3.5

In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.5.1

indien het gebruiksoppervlak van het bouwwerk minder dan 100 m² bedraagt:

€667,--;

2.3.5.2

indien het gebruiksoppervlak van het bouwwerk 100 m² of meer bedraagt,

doch minder dan 500 m²:

€963,--;

2.3.5.3

indien het gebruiksoppervlak van het bouwwerk 500 m² of meer bedraagt,

doch minder dan 1.000 m²:

€1.334,--;

2.3.5.4

indien het gebruiksoppervlak van het bouwwerk 1.000 m² of meer bedraagt,

doch minder dan 1.500 m²:

€1.482,--;

2.3.5.5

indien het gebruiksoppervlak van het bouwwerk 1.500 m² of meer bedraagt: 23 uu

€1.705,--;

Vermeerderd met € 148,-- voor elke 500 m² of gedeelte daarvan boven de 2.000 m²

2.3.5.6

Voor het aanpassen van een bestaande omgevingsvergunning die

betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder

d, van de Wabo, voor een bouwwerk dat gedeeltelijk wordt vernieuwd, dan

wel wordt veranderd of wordt vergroot, worden de leges slechts berekend

over het gebruiksoppervlak dat wordt vernieuwd, dan wel wordt veranderd

of vergroot, vermeerderd met het gebruiksoppervlak van de ruimten die

direct grenzen aan de beschouwde ruimte(n), met een maximum van

tweemaal het gebruiksoppervlak van de ruimten die worden vernieuwd,

veranderd of vergroot.

2.3.5.7

Voor het aanpassen van een bestaande omgevingsvergunning, die

betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder

d, van de Wabo, voor een veranderd gebruik, zonder dat sprake is van een

verbouwing of anderszins, wordt de leges slechts berekend over het

gebruiksoppervlak dat wordt vernieuwd, dan wel veranderd of vergroot,

vermeerderd met het gebruiksoppervlak van de ruimten die direct grenzen

aan de beschouwde ruimte(n) die worden vernieuwd, veranderd of vergroot

2.3.6

Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten

2.3.6.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens gemeentelijke verordening aangewezen monument, waarvoor op grond van die gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

2.3.6.1.1

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument:

€371,--;

2.3.6.1.2

voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:

€371,--;

2.3.7

Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht

2.3.7.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking

heeft op het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in

een bestemmingsplan, beheersverordening of

voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste

lid, onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€667,--;

Aanleggen of veranderen weg

2.3.8

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor op grond van een bepaling in de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€115,--;

2.3.9

Uitweg/inrit

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor op grond van een bepaling in de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€115,--;

2.3.10

Kappen

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in de gemeentelijke bomenverordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€197,--;

2.3.11

Projecten of handelingen in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998

2.3.11.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelingen in een beschermd natuurgebied die schadelijk kunnen zijn voor het natuurschoon, de natuurwetenschappelijke betekenis of voor de dieren of planten, als bedoeld in artikel 16, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998, bedraagt het tarief:

€197,--;

2.3.11.2

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het realiseren van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in een door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aangewezen gebied als bedoeld in artikel 19d, eerste lid van de Natuurbeschermingswet 1998, bedraagt het tarief:

€197,--;

2.3.12

Handelingen in het kader van de Flora- en Faunawet

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een handeling waarvoor op grond van artikel 75, derde lid, van de Flora- en Faunawet ontheffing nodig is, bedraagt het tarief:

€197,--;

2.3.14

Andere activiteiten

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:

2.3.14.1

behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€408,--;

2.3.14.2

behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.14.2.1

als het een gemeentelijke verordening betreft

€408,--;

2.3.15

Omgevingsvergunning in twee fasen

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.15.1

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;

2.3.15.2

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.

2.3.16

Beoordeling bodemrapport

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld:

2.3.16.1

voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport

€380,--;

2.3.16.2

voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport

€949,--;

2.3.17

Advies

2.3.17.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij algemene maatregel van bestuur, provinciale of gemeentelijke verordening aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning, als bedoeld in artikel 2.26, derde lid, van de Wabo: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

2.3.17.2

Indien een begroting als bedoeld in 2.3.17.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

2.3.18

Verklaring van geen bedenkingen

2.3.18.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:

2.3.18.1.1

indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven:

€1.780,--;

2.3.18.1.2

indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

2.3.18.2

Indien een begroting als bedoeld in 2.3.18.1.2 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

Hoofdstuk 4 Gereserveerd

Hoofdstuk 5 Teruggaaf

2.5.1

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, en nog niet is verleend, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges:

50%

2.5.2

Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning

Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 6 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt:

20%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

2.5.3

Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning

2.5.3.1

Als de gemeente een omgevingsvergunning weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

25%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

2.5.3.2

Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.

2.5.4

Teruggaaf als gevolg van het verder buiten behandeling laten van een aanvraag omgevingsvergunning

Als een aanvraag om omgevingsvergunning verder buiten behandeling wordt gelaten vanwege een onvolledige aanvraag, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges: 75% met een minimum bedrag van

€ 148,-;

2.5.5

Minimumbedrag voor teruggaaf

Een bedrag minder dan € 15,- wordt niet teruggegeven.

2.5.6

Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen

Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.17 en 2.3.18 wordt geen teruggaaf verleend

2.5.7

Teruggaaf als gevolg van het vergunningsvrij zijn van een voorgenomen project als bedoeld in de Wabo.

Indien na beoordeling van de aanvraag omgevingsvergunning blijkt dat een voorgenomen project vergunningsvrij is, worden geen leges in rekening gebracht.

Hoofdstuk 6 Overschrijven omgevingsvergunning

2.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van de tenaamstelling van een verleende omgevingsvergunning :

€ 37,--;

Hoofdstuk 7 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten

2.7.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening

€ 8.250,--;

2.7.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a, van de Wet ruimtelijke ordening

€ 3.250,--

Hoofdstuk 8 In deze titel niet benoemde beschikking

2.8

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, een ontheffing, een vrijstelling of een andere beschikking voor zover daarvoor niet elders in dit hoofdstuk een tarief is opgenomen

€ 296,--;

Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn

Hoofdstuk 1 Horeca

3.1.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning op grond van artikel 3 of artikel 30 van de Drank- en Horecawet

€ 371,--;

3.1.1.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een digitale aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning op grond van artikel 3 of artikel 30 van de Drank- en Horecawet

€ 334,--;

3.1.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding tot het wijzigen van een leidinggevende op een vergunning op grond van artikel 3 van de Drank- en Horecawet (artikel 30a van de Drank- en Horecawet)

€185,--;

3.1.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 of artikel 4, lid 4 van de Drank- en Horecawet

€ 74,--;

3.1.3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een digitale aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 of artikel 4, lid 4 van de Drank- en Horecawet

€ 67,--;

3.1.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek tot afgifte van een verlof voor het verstrekken van alcoholvrije dranken

(art.5.1 van de Drank- en Horecaverordening)

€ 148,--;

3.1.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek om

ontheffing van de inrichtingseisen voor een verlofbedrijf art.5.2 van de Drank- en Horecaverordening

€ 148,--;

3.1.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van stukken in het kader van artikel 3 van de Wet Bibob (juncto artikel 27 van de Drank en Horecawet) door het Landelijk Bureau Bibob

€ 500,--;

3.1.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een exploitatievergunning voor een horecabedrijf (art. 2:28 Algemene plaatselijke verordening)

€ 371,--;

3.1.8

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een wijziging van de exploitatievergunning voor een horecabedrijf (art. 2:28 Algemene plaatselijke verordening)

€ 185,--;

Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen of markten

3.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het organiseren van een evenement als bedoeld in artikel 2.25, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening (evenementenvergunning)

€ 148,--;

3.2.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een digitale aanvraag om een vergunning voor het organiseren van een evenement als bedoeld in artikel 2.25, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening (evenementenvergunning)

€ 133,--;

3.2.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een vergunning voor het organiseren van een (snuffel)markt als bedoeld in artikel 5:23 van de Algemene plaatselijke verordening

€ 74,--;

Hoofdstuk 3 Prostitutiebedrijven

3.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om tot het verkrijgen van een vergunning voor de exploitatie of wijziging van een seksinrichting of escortbedrijf (art. 3:4 Algemene plaatselijke verordening)

€ 371,--;

Hoofdstuk 4 Inrichtingen

3.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om tot het verkrijgen van een vergunning voor de exploitatie of wijziging van een inrichting zoals bedoeld in artikel 2:40a Algemene plaatselijke verordening ( in artikel 2:40c Algemene plaatselijke verordening);

€ 371,--;

Hoofdstuk 5 Brandbeveiligingsverordening

3.5.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning als bedoeld in artikel 2 van de Brandbeveiligings-verordening 2012:

3.5.1.1

Indien het betreft een vergunning voor het tijdelijk in gebruik houden van

een inrichting, niet zijnde een bouwwerk, ten behoeve van een evenement,

dan wel indien het een tent of ander tijdelijk bouwsel betreft

€74,--;

Hoofdstuk 6 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

3.6.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

€ 74,--;

3.6.2

Het tarief bedraagt voor het voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het in exploitatie nemen van een kindercentrum, peuterspeelzaal of gastouderbureau of (voorziening voor) bieden van gastouderopvang

€282,--;

Steenbergen, 19 december 2013

De raad voornoemd,

de griffier , de voorzitter

drs. E.P.M. van der Meer drs. S.C.C.M. Bolten