gemeente Steenbergen | Intrekking Fietsregeling gemeente Steenbergen 2002

Officiele publicatie

Intrekking Fietsregeling gemeente Steenbergen 2002

Burgemeester en wethouders van Steenbergen

Overwegende,

dat per 1 januari 2017 het Individueel Keuzebudget voor gemeenteambtenaren ingevoerd wordt en wordt opgenomen als paragraaf 5 van hoofdstuk 3 CAR/UWO gemeente Steenbergen;

dat per gelijke datum hoofdstuk 4a van de CAR/UWO “Uitwisselen van arbeidsvoorwaarden, komt te vervallen;

dat de Fietsregeling gemeente Steenbergen 2002 alsdan haar juridische grondslag verliest en dient te worden ingetrokken;

Gelet op de bereikte overeenstemming in de commissie voor Georganiseerd Overleg d.d. 25 oktober 2016;

Mede gelet op artikel 160 van de Gemeentewet en artikel 125 van de Ambtenarenwet;

B e s l u i t e n : .

  • I.
    de Fietsregeling gemeente Steenbergen 2002, zoals vastgesteld bij hun besluit d.d. 21 mei 2002, nummer 0200712/0202782, en nadien gewijzigd, met ingang van 1 januari 2017 in te trekken met inachtneming van het gestelde onder II;
  • II.
    voor de ambtenaar die op basis van de Fietsregeling gemeente Steenbergen 2002 vóór 1 januari 2017 een fiets heeft aangeschaft en op 31 december 2016 de in artikel 4 van deze regeling genoemde tegenprestatie nog niet volledig heeft geleverd, geldt vanaf 1 januari 2017 het navolgende overgangsrecht:
    • a.
      indien de ambtenaar bij het aangaan van de fietsovereenkomst heeft ingestemd met gelijkmatige verlaging van het bruto salaris, wordt het bruto salaris gedurende de in de fietsovereenkomst overeengekomen periode op de overeengekomen wijze verlaagd;
    • b.
      indien de ambtenaar voor de afwikkeling van de fietsovereenkomst heeft ingestemd met een verlaging van de over de maanden juni tot en met december 2016 opgebouwde bruto vakantietoelage, wordt de op 1 januari 2017 bestaande fietsschuld in mindering gebracht op deze in mei 2017 uit te betalen vakantietoelage;
    • c.
      indien de ambtenaar bij het aangaan van de fietsovereenkomst heeft ingestemd met een verlaging van de aanspraak op vakantieverlof, wordt het vakantieverlof gedurende de in de fietsovereenkomst overeengekomen periode verlaagd met het overeengekomen aantal uren. Dit aantal uren wordt in mindering gebracht op het aantal bovenwettelijke vakantie-uren dat de ambtenaar op grond van de geldende regelgeving kan verkopen c.q. inruilen voor een vergoeding bij het salaris;
    • d.
      indien de fietsovereenkomst wordt beëindigd, maar de fietsschuld nog niet geheel is verrekend, is artikel 6 van de Fietsregeling gemeente Steenbergen 2002, zoals deze bepaling luidde op 31 december 2016, van overeenkomstige toepassing;
  • III.
    te bepalen dat dit besluit in werking treedt met ingang van de dag volgende op die waarop dit besluit is bekend gemaakt en terugwerkt tot 1 januari 2017.
Steenbergen, 1 november 2016
Burgemeester en wethouders voornoemd,
De secretaris, De burgemeester,
M.J.P. de Jongh RA R.P. van den Belt, MBA