gemeente Steenbergen | Uitvoeringsplan Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving 2019

Officiele publicatie

Uitvoeringsplan Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving 2019

Het uitvoeringsplan VTH 2019 omvat zogenaamde Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo)

vergunningen en handhavingstaken met betrekking tot:

- Wabo (bouwen, slopen, gebruik en milieu)

- leefbaarheid (kleine ergernissen en overlast)

- bijzondere onderwerpen (o.a. ondermijning, horeca en kinderopvang)

- sociaal-maatschappelijke voorzieningen (Wet BRP)

Versie : 1.0

Vastgesteld door het college op : 29 januari 2019

Portefeuillehouder : Burgemeester R.P. van den Belt MBA

Behandelend ambtenaar : C. Franken

Kenmerk : BM1900147

1 Algemeen

1.1 Inleiding

Voor u ligt het Uitvoeringsplan Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving (VTH) 2019 van de Gemeente Steenbergen. In het uitvoeringsplan leest u hoe de gemeente Steenbergen in 2019 uitvoering zal geven aan vergunningverlening en de diverse handhavingstaken. Met het uitvoeringsplan beoogt de gemeente een duidelijk beeld te schetsen van de voorgenomen activiteiten en van de doelen en prioriteiten die voor 2019 zijn vastgesteld.

Het uitvoeringsplan heeft een brede reikwijdte. Dit komt doordat er sprake is van handhavingstaken op verschillende werkgebieden en beleidsterreinen. Om deze reden worden de handhavingstaken onderverdeeld in vier handhavingsvelden, te weten:

1. Omgevingsrecht (bouwen, slopen, gebruik en milieu)

2. Leefbaarheid (kleine ergernissen en overlast)

3. Bijzondere onderwerpen (o.a. ondermijning, horeca en kinderopvang)

4. Sociaal-maatschappelijke voorzieningen (Wet BRP)

Het uitvoeringsplan vloeit voort uit het Handhavingbeleidsplan 2017-2020, zoals vastgesteld door het college op 28 maart 2017 en in werking getreden op 5 april 2017 en het Omgevingsvergunningen-beleid 2019-2020, zoals vastgesteld door het college op 18 december 2018. In deze beleidsplannen heeft het college gemotiveerd aangegeven welke doelen en prioriteiten het zichzelf stelt bij vergunningverlening en de handhavingstaken en welke activiteiten het daartoe zal uitvoeren.

De raad heeft tot en met 2019 extra middelen beschikbaar gesteld om het toezicht en de handhaving op een adequaat niveau te brengen. Er is 0,5 fte bijgekomen voor de toezichthouder Wabo en 0,5 fte voor de toezichthouder Leefomgeving, zodat er nu 2 fulltime toezichthouders ingezet kunnen worden.

Het budget voor de OMWB is aanzienlijk verhoogd (van jaarlijks € 274.000,- naar € 513.000,- in 2019), zodat er nu meer milieutaken uitgevoerd kunnen worden. Ook wordt deelgenomen aan het project intensivering toezicht veehouderijen. Alle activiteiten die de OMWB voor ons uitvoert in 2019, zijn opgenomen in het werkplan OMWB 2019, wat als bijlage II onderdeel uitmaakt van het Uitvoeringsplan VTH 2019.

De provincie Noord-Brabant ziet er met Interbestuurlijk Toezicht (IBT) op toe dat lokale overheden hun maatschappelijke taken goed uitvoeren. De provincie heeft in 2018 de handhavingsdocumenten van Steenbergen beoordeeld met ‘voldoet’ en hier zelfs een 100% score aan toegekend. Dit is de hoogste score die de gemeente kan krijgen en betekent dat er geen verbeterpunten zijn. De inzet van de extra beschikbaar gestelde middelen is dus niet voor niets gebleken. Het is nu zaak om dit niveau vast te houden. Vanaf 2019 neemt de provincie het onderdeel vergunningverlening nadrukkelijk mee in de beoordelingsronde van het systematisch toezicht op alle VTH-taken.

Dit uitvoeringplan is vastgesteld door het college en bekend gemaakt middels toezending aan de gemeenteraad en aan de provincie Noord-Brabant. Tevens is het uitvoeringsplan gepubliceerd. Dit uitvoeringsplan loopt tot uiterlijk 1 februari 2020. Op 1 februari 2020 dient het Uitvoeringsplan VTH 2020 te zijn vastgesteld.

1.2 Doel van het uitvoeringsplan

Het uitvoeringsplan VTH 2019 vloeit voort uit het Handhavingbeleidsplan 2017-2020 en het Omgevingsvergunningenbeleid 2019-2020. De prioriteiten, de doelen en het beleid, zoals vastgesteld in de beleidsplannen, vormen de basis voor dit uitvoeringsplan. Het uitvoeringsplan bouwt hier voor het jaar 2019 op voort. Het uitvoeringsplan beoogt de voorgenomen activiteiten, doelen en prioriteiten, die voor 2019 zijn vastgesteld, inzichtelijk te maken. Tevens leest u hoe de uitvoering, onder meer qua financiën, personeelsformatie, vastgestelde werkwijzen en kwaliteit, wordt geborgd.

Artikel 1.3 Relevante ontwikkelingen

Zowel intern als extern spelen er verschillende ontwikkelingen die van invloed zijn geweest op het samenstellen van dit uitvoeringsplan. De ontwikkelingen spelen zowel op organisatorisch als op juridisch en maatschappelijk gebied. Hieronder zijn de belangrijkste ontwikkelingen kort beschreven.

1.3.1

Omgevingsrecht

Het omgevingsrecht is de laatste tien jaar fors aan veranderingen onderhevig. Meer en meer komt de nadruk te liggen op integraal en programmagericht werken. Terugkerende elementen zijn vermindering van de administratieve lastendruk, minder vergunningplichtige activiteiten, meer algemene regels en het introduceren van cyclisch werken (‘plan-do-check-act’ conform de Big 8 cyclus). Daarnaast eist de maatschappij steeds meer dat vergunningverlening, toezicht, maar ook handhaving eenduidiger en transparanter plaatsvindt.

In de Wabo en het Besluit omgevingsrecht (Bor) zijn kwaliteitseisen opgenomen waaraan een goede, professionele vergunningverlening moet voldoen. In het kielzog van de Wabo zijn (onder andere) de volgende wetswijzigingen die van invloed zijn op de werkzaamheden binnen het veld van vergunningverlening in de afgelopen periode in werking getreden:

• Verruiming vergunningsvrij bouwen (Bor);

• Introductie van de ‘kan-bepaling’ voor de welstandstoets;

• Bouwbesluit 2012;

• Crisis- en Herstelwet;

• Borging Kwaliteitscriteria 2.1

Per 1 juli 2017 is een wijziging van het Besluit omgevingsrecht (Bor) en de Regeling omgevingsrecht (Mor) in werking getreden. Met het wijzigingsbesluit is het toepassingsbereik van de VTH kwaliteitscriteria uitgebreid. De uitbreiding ziet voornamelijk op het basistakenpakket, de procescriteria voor de uitvoering van vergunningverlening, toezicht en handhaving (VTH-taken) en het digitaal kunnen uitwisselen van inspectiegegevens via Inspectieview Milieu. Waar nodig is bij het opstellen van dit uitvoeringsplan rekening gehouden met deze wijziging van het Bor en de Mor. Voor wat betreft vergunningverlening geldt dat het Vergunningenbeleid in samenwerking met de overige Brabantse Walgemeenten Bergen op Zoom en Woensdrecht is opgesteld. Dit beleid is in 2018 vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders. Het streven is om te komen tot één VTH-beleidsplan, met het daarbij behorende jaarlijkse uitvoeringsprogramma VTH en jaarverslag VTH.

1.3.2

Wet kwaliteitsborging voor het bouwen

De vuurwerkramp in Enschede, de cafébrand in Volendam, het garage dak in Tiel, winkelcentrum Bos en Lommer in Amsterdam, het winkelcentrum in Heerlen en de brand bij Chemie-Pack hebben ertoe geleid dat toezicht en handhaving hoger op de politieke agenda belandt. De overheid heeft ten aanzien van de VTH-taken een preventieve rol. Aannemers, vergunninghouders, eigenaren, burgers en ondernemers in het algemeen zijn zelf verantwoordelijk voor het naleven van de regels. De maatschappelijke ontwikkeling om burgers meer te wijzen op hun eigen verantwoordelijkheid, vertaalt zich ook door naar het vakgebied VTH, onder de term ‘publiek wat moet, privaat wat kan’ (Commissie Dekker).

In het wetsvoorstel ‘kwaliteitsborging voor het bouwen’ (Wkb) wordt het nieuwe stelsel van kwaliteitsborging in de bouw geïntroduceerd. Met dit nieuwe stelsel wordt beoogd meer verantwoording bij marktpartijen neer te leggen. De rol van de gemeente als bevoegd gezag verandert door het nieuwe stelsel van kwaliteitsborging in de bouw. De bouwtechnische toets en het toezicht tijdens de bouw zullen in het nieuwe stelsel van kwaliteitsborging in de bouw uitgevoerd worden door een marktpartij en niet meer door de gemeente. De gemeente behoudt wel haar taak voor de planologische beoordeling, welstandstoets en toetsing van de omgevingsveiligheid. Ook blijft de gemeente verantwoordelijk voor toezicht op welstand, monumenten, bestaande bouw (minimumeisen bestaande bouw en gebruikseisen) en voor de handhaving.

Begonnen wordt met bouwwerken die vallen onder de gevolgklasse 1 (eenvoudigere bouwwerken zoals grondgebonden woningen). In de praktijk blijkt dat binnen het gros van de gemeenten de meeste bouwwerken vallen onder gevolgklasse 1, waardoor deze fase de meeste impact zal hebben. Het bouwtechnische gedeelte van het werk valt daarmee weg bij de gemeente, wat invloed heeft op de capaciteit zowel binnen de organisatie als buiten de organisatie. Later (naar verwachting in 2020) volgt uitbreiding van het systeem naar andere meer complexe bouwwerken die vallen onder de gevolgklasse 2 en 3. Het is echter onduidelijk wanneer het wetsvoorstel tot wet verheven wordt. De verwachting is dat het voorstel tegelijk met de Omgevingswet in werking zal treden. Recent heeft de Minister een brief naar de Eerste Kamer gestuurd waarin ze de kamer verzoekt het voorstel weer in behandeling te nemen. Door de lange onduidelijkheid rondom dit wetsvoorstel is het lastig om te anticiperen op dit wetsvoorstel. De ontwikkelingen worden op de voet gevolgd. Voor nu betekent dit wel dat de VTH kwaliteitseisen en de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen nog niet met elkaar verbonden zijn. Welke invloed de verschuiving van toets vooraf, naar controle achteraf heeft op de capaciteit is vooralsnog lastig in te schatten.

1.3.3

Kwaliteitscriteria 2.1

In 2009 zijn er afspraken gemaakt tussen het Rijk, het IPO en de VNG: de Package deal. In de Package deal wordt gesproken over de vorming van de Regionale Uitvoeringsdiensten, verdere decentralisatie van bevoegdheden en de kwaliteitscriteria. Voldoen aan deze kwaliteitscriteria draagt bij aan een betere uitvoering van de VTH-taken en een onafhankelijke en professionele overheid. De set kwaliteitscriteria (2.0) zijn regelmatig aangepast tot de definitieve versie in 2012: de Kwaliteitscriteria 2.1. De criteria hebben zowel betrekking op de kwaliteit van de organisatie als de kwaliteit van de medewerkers. De set maakt inzichtelijk welke kwaliteit burgers, bedrijven en instellingen, maar ook overheden onderling en als opdrachtgevers, mogen verwachten van de VTH-taken.

De criteria hebben zowel betrekking op de kwaliteit van de organisatie als de kwaliteit van de medewerkers. Voor de organisatie betekent dit dat er een sluitende beleidscyclus is (Big 8 cyclus) voor het opstellen van doelstellingen naar monitoring op het behalen van deze doelstellingen. Het fundament van kwaliteit is het afleveren van een zo goed mogelijk product. Hiervoor is vooral vakmanschap nodig. De criteria voor kritieke massa adresseren dit vakmanschap in termen van voldoende medewerkers, de juiste opleidingen ervaring, kennis en het onderhouden en het borgen daarvan.

Door nieuwe ontwikkelingen op het gebied van wet- en regelgeving, is er sprake van deregulering en daarmee een afname van taken. De verwachting is dat dit gevolgen heeft voor de benodigde personele capaciteit op die taken. Het gevolg kan zijn dat er onvoldoende personele capaciteit beschikbaar is om te voldoen aan het gewenste kwaliteitsniveau. Een oplossing hiervoor is het zoeken van samenwerking binnen de regio, waarbij in gezamenlijkheid wel kan worden voldaan aan de criteria.

Voor het vaststellen van het gewenste kwaliteitsniveau is voor de thuistaken een Verordening Kwaliteit VTH vastgesteld. Voor de basistaken die bij de Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant zijn ondergebracht zijn de Kwaliteitscriteria 2.1 vastgelegd.

Sinds enkele jaren werken we samen met de Brabantse Walgemeenten Bergen op Zoom en Woensdrecht om gezamenlijk te voldoen aan de kwaliteitscriteria VTH. In 2019 zal deze samenwerking geïntensiveerd worden. Concreet betekent dit dat per 1 april 2019 officieel wordt gestart met samenwerken door middel van het inzetten van thuisinlogcodes. De oplossing met thuisinlogcodes wordt beschouwd als een oplossing voor de korte termijn, waar de gemeenten aan elkaar en aan de samenwerking kunnen 'wennen' en kunnen ervaren wat de samenwerking van elkaar gaat vragen. Daarnaast is besloten om per direct het traject naar een gezamenlijke Europese aanbesteding in gang te zetten voor de aanschaf van een VTH-applicatie. Dit is een geautomatiseerd systeem om de VTH-medewerkers te ondersteunen in hun werkzaamheden.

1.3.4

Omgevingswet

De Omgevingswet behelst een grootschalige transitie van het Omgevingsrecht. In 2021 treedt de Omgevingswet volgens de huidige planning in werking. Door regelgeving op het gebied van omgevingsrecht te bundelen en te vereenvoudigen, ontstaat er meer samenhang in het beleid. De wijzigingen in wet- en regelgeving vereisen straks een hele nieuwe manier van werken van overheden. Namelijk integraal, participatief, meer digitaal en gebruikmakend van lokaal maatwerk.

1.3.5

Organisatieontwikkeling

In 2018 zijn de diverse afdelingen komen te vervallen. Hiervoor in de plaats zijn 6 teams gekomen. In team Wonen, Werken en Beleven (WWB) zijn de volgende taakvelden ondergebracht: Ruimte, Economie, Gebiedsontwikkeling, Duurzaam/Milieu, Recreatie/Toerisme, Erfgoed, Vergunningverlening, Toezicht & Handhaving (VTH) en Openbare orde & veiligheid (OoV).

Als gevolg hiervan zijn de taakvelden VTH niet langer verspreid over meerdere afdelingen, maar ondergebracht in één team, wat de informatie-uitwisseling en onderlinge samenwerking ten goede zal komen. Om de integraliteit van deze onderdelen te bevorderen is in 2018 gestart met een proces om te komen tot een herstructurering van VTH-taken. Dit proces zal afgerond worden in 2019.

1.3.6

Uitbreiding toezichthouders met 1 fte

In 2017 heeft de gemeenteraad extra middelen beschikbaar gesteld om, in ieder geval tot en met 2019, 1 fte toezichthouder Leefomgeving (was 0,5 fte) en 1 fte toezichthouder Wabo (was 0,5 fte) beschikbaar te hebben. De toezichthouder Wabo is op eigen verzoek vanaf september 2018 gedetacheerd in een andere gemeente, voorlopig voor de duur van 6 maanden (tot 1 maart 2019). Gedurende deze periode wordt iemand ingehuurd om de werkzaamheden over te nemen. Op welke accenten het toezicht in 2019 plaats vindt, leest u in het volgende hoofdstuk.

1.3.7

Uitbreiding buitengewoon opsporingsambtenaren met 200 uur en structurele Boapool

In 2018 is de capaciteit van de buitengewoon opsporingsambtenaren binnen domein I (openbare ruimte) uitgebreid met 200 uur. In 2019 is deze capaciteit nogmaals uitgebreid met 150 uur om in te zetten op Openbare Orde en Veiligheid. Een nadere invulling van deze 150 uur dient nog plaats te vinden, omdat de beoogde inzet niet geheel past binnen de werkzaamheden van de boapool. Van de 1450 uur ‘breed boatoezicht’ regulier zullen structureel meer uren buiten kantoortijd en in de weekends ingezet worden. We verwachten de jaarlijkse toename in klachten op deze manier te kunnen behandelen en meer flexibiliteit te waarborgen in het behandelen van klachten buiten kantoortijden.

1.3.8

Het verder verdiepen van de aanpak georganiseerde (ondermijnende) criminaliteit

In het Integraal veiligheidsbeleid gemeente Steenbergen 2016-2020 staat het veiligheidsbeleid beschreven. Een belangrijk onderwerp is het verder verdiepen van de aanpak georganiseerde (ondermijnende) criminaliteit. Dit onderwerp raakt ook handhaving, daar we nu al een deel van de uitvoering van dit beleidsterrein op ons nemen (Damoclesbeleid) en er 150 uur van de boapool wordt afgenomen voor de inzet op Openbare orde en Veiligheid.

1.3.9

Het verbod op asbestdaken 2024

Vanaf 2024 zijn asbestdaken in Nederland verboden. Dit betekent dat eigenaren van gebouwen met asbesthoudende dakbedekking deze voor die tijd moeten verwijderen. Het verbod beoogt mens en milieu tegen de gezondheidsrisico’s, die blootstelling aan asbest met zich mee kan brengen, te beschermen. De gemeente is met betrekking tot naleving van deze regelgeving het bevoegd gezag. De gemeente Steenbergen neemt deel aan het provinciale project Intensivering toezicht veehouderijen, waarbij de OMWB vanaf 2018 gedurende 3 jaar alle veehouderijen in de gemeente Steenbergen gaat controleren op de veranderde wet- en regelgeving. Tevens vindt hierbij een inventarisatie plaats van asbestdaken en leegstaande stallen (ter voorkoming van ondermijnende activiteiten). Daarnaast zal in 2019 een inventarisatie plaatsvinden van álle asbestdaken in de gemeente Steenbergen, zodat we tijdig in beeld hebben om hoeveel daken het gaat. Vervolgens kan de inzet om te komen tot asbestvrije daken in 2024 bepaald worden.

1.3.10

Evenementen

In 2019 zal er gewerkt worden met een nieuw proces voor het afhandelen van evenementenvergunningen. Door dit proces kan er effectiever gewerkt worden, met een snellere en tijdige vergunningverlening en een betere afstemming met de toezichthouder. Ook wordt de mogelijkheid onderzocht om de controle van de vele evenementenmeldingen te laten uitvoeren door de Stichting Samenwerken.

2 Uitvoering

2.1 Inleiding

Er zal nooit capaciteit zijn om alle taken uitputtend uit te voeren. In de beleidsstukken zijn daarom ook keuzes gemaakt in prioritering op basis van een risico inschatting. De prioritering heeft gevolgen voor de diepgang van toetsing van een vergunningaanvraag en de mate van toezicht. In dit hoofdstuk wordt op basis van verwachte aanvragen, prioritering en kengetallen voor urenbesteding een inschatting gemaakt van de benodigde capaciteit.

De vth-activiteiten voor 2019 zijn in paragraaf 2.2 schematisch weergegeven. In hoofdstuk 3 leest u hoe de uitvoering, zoals in dit hoofdstuk wordt beschreven, onder andere qua personeelsformatie wordt geborgd.

2.2 Productenlijst / werkvoorraad

2.2.1

Vergunningen

Onderstaande tabel biedt inzicht in de prioriteit en verwachte hoeveelheid aanvragen per activiteit. Deze corresponderen met de risico-inschatting uit het omgevingsvergunningenbeleid.

Onderdelen

Activiteiten

Aantal

Wabo-vergunningen

Wonen; Gevolgklasse 1

45

Wonen; Gevolgklasse 2 + 3

25

Wonen; Uitbreidingen, interne wijzigingen

95

Bijeenkomst; Lichte horeca (broodjeszaak, snackbar, restaurant zonder bezorging, buurthuis.

8

Bijeenkomst; Middelzware horeca (café, grillroom, sportkantine, restaurant met bezorging ('s nachts open)

2

Bijeenkomst; Zware Horeca (dancing, discotheek, partycentrum, nachtclub (groot aantal bezoekers)

0

Cellengebouw (gevangenis, gesloten inrichtingen)

0

Gezondheid; verzorgings/verpleegtehuis; ziekenhuis

3

Industrie; Agrarisch en agrarisch ondersteunend (veehouderijen, loonwerkbedrijven)

5

Industrie; Externe veiligheid, BRZO bedrijven. (activiteiten gemeente)

3

Lichte industrie, (agrarische) opslaggebouwen

20

Kantoor; Kantoor

9

Logies; Hotels, pensions en B&B's + (hostels)

8

Logies; Opvangcentra, onderdak arbeidsmigranten, campeerterreinen

2

Onderwijs/opvang; Basisschool, middelbare school, kinderdagopvang, dagopvang overig

2

Sportfunctie; Sporthallen, sportvelden en bijbehorende accommodaties.

5

Winkel; Kleinschalige winkelfuncties

15

Winkel; Grootschalige detailhandelsactiviteiten (Supermarkten, bouwmarkten, tuincentra, autodealers, woninginrichting)

2

Overige gebruiksfunctie; Parkeergarage, windmolens e.d.

2

Andere overige gebruiksfuncties; fietsenstallingen;

0

Bouwwerk, geen gebouw zijnde- reclamemasten e.d.

15

Vergunningsplichtig slopen (Monumentale status, beschermd stadsgezicht)

0

Vergunningsplichtig (verbouwen) monument

3

Grondwerkzaamheden waardevol gebied (Archeologisch en cultuurhistorisch)

2

Kappen van bomen

10

Overig (in te vullen per gemeente (bioscopen, theaters)

3

In onderstaande tabel is weergegeven wat de verwachte werkvoorraad is voor het behandelen van bovenstaande verwachte vergunningaanvragen. Dit is ook vertaald naar benodigde fte. Hierbij is er vanuit gegaan dat een fte 1450 uur is en dat 80% van deze tijd besteed wordt aan het behandelen van omgevingsvergunningaanvragen. De rest van de tijd is beschikbaar voor overige werkzaamheden. Om te werken aan de hand van de risicoanalyse is een nieuwe methode gekozen om benodigde inzet te bepalen. Deze werkt met kengetallen voor urenbesteding. Deze kengetallen zijn schattingen. De komende jaren wordt gemonitord of deze kengetallen een goede voorspelling geven.

 

Benodigde uren

Benodigde fte

Technisch

2424

 

Overig

606

 

Totaal

3030

2,1

2.2.2

Toezicht en Handhaving

In onderstaande productenlijst leest u welke toezicht- en handhavingsactiviteiten er in 2019 door of namens de gemeente Steenbergen worden uitgevoerd. De productenlijst is gerangschikt op verschillende onderdelen en achter ieder onderdeel leest u het aantal ingeschatte activiteiten en de ingeschatte hoeveelheid aan benodigde arbeidsuren. Indien u onder de kolom ‘aantal’ of ‘uren’ een – ziet staan, betekent dit dat het onbekend is hoeveel meldingen/controles er in 2019 zullen zijn en/of dat onbekend is hoeveel uren hiervoor benodigd zijn.

Let op: het toezichtprogramma c.q. werkprogramma Wabo-Milieu wordt ook in 2019 door de OMWB uitgevoerd, zie hiervoor bijlage III.

Onderdelen

Activiteiten

Aantal

Uren

Milieutoezicht

Zie hiervoor het werkplan OMWB 2019 (bijlage III)

Toezicht Wabo – Regulier

  • 1.
    Constructieve veiligheid van gebouwen

-

100

  • 2.
    Sloopwerkzaamheden op basis Bouwbesluit

87

OMWB

  • 3.
    Toezicht op vergunningsvrij bouwen

80

50

  • 4.
    Uitvoeren toezicht op verleende omgevingsvergunning (activiteiten: bouwen, werk of werkzaamheden uitvoeren,
    monumenten, kappen, in- uit rit, slopen op basis van RO, handelen in strijd met regels RO, brandveilig gebruik)

148

925

Toezicht Wabo Projectmatig

  • 5.
    Beeldbepalende panden

131

77

  • 6.
    Flexibel in te zetten uren voor onvoorziene zaken

-

172

Toezicht Handhaving Regulier

  • 7.
    Bouwen zonder benodigde vergunning

40

160

  • 8.
    Strijdig gebruik bestemmingsplan, gebouwen, erven of gemeentegrond

50

300

  • 9.
    Toezicht tijdens handhavingstraject

20

80

  • 10.
    Toezicht in relatie WOZ/BAG

30

120

Toezicht Handhaving projectmatig

  • 11.
    Integrale controles op campings/parken en/of woonwagencentra en/of huisvesting arbeidsmigranten

100

300

  • 12.
    Integrale controles bedrijventerreinen en/of gebiedscontroles

2

16

  • 13.
    Flexibel in te zetten uren voor onvoorziene taken

-

200

Leefbaarheid

  • 14.
    Afval

35

70

  • 15.
    Evenementen

70

200

  • 16.
    Overlast jeugd

-

30

  • 17.
    Overlast dieren

10

20

  • 18.
    Autoverhuurbedrijven

6

20

  • 19.
    Surveillance buitengebied / natuurgebied

-

230

  • 20.
    Overlast vuurwerk

-

70

  • 21.
    Overlast aanhangwagens/fietsen/caravans e.d.

120

240

  • 22.
    Overlast overig

260

480

  • 23.
    Surveillance in de wijken

-

280

  • 24.
    Ondersteuning toezichthouders

-

20

  • 25.
    Aandachtsvestigingen en hotspots (IGB)

-

100

Bijzondere onderwerpen

  • 26.
    Bestuurlijke aanpak georganiseerde criminaliteit
  • Acties n.a.v. hennepinformatieberichten
  • Controles proactief of melding drugsverkoop pand
  • Acties n.a.v. de HIC-kalender
  • Illegale prostitutie.
  • De outlaw motorcycle gangs (OMG’s).
  • Mensenhandel en seksuele uitbuiting

 

10

-

2

-

-

-

20

-

20

-

-

-

  • 27.
    Kinderopvang en peuterspeelzalen
  • -
    Verwerken inspectierapporten
  • -
    Handhavingszaken

11

3

5

20

  • 28.
    Horeca

56

200

  • 29.
    Basisregistratie personen (LAA+ BRP)

40

126 + 400

  • 30.
    Brandveiligheid

339

Nadere toelichting op de activiteiten uit de productenlijst en koppeling met beleidsdoelstellingen

Toezicht Wabo – Regulier

De activiteiten die vallen onder Toezicht Wabo – Regulier (punten 1 tot en met 4) beogen de naleving van wet- en regelgeving te bevorderen, waardoor:

• onveilige en ongezonde situaties worden voorkomen dan wel worden beëindigd;

• aantasting van de kwaliteit van de woon- en leefomgeving wordt voorkomen dan wel wordt beëindigd.

1. Constructieve veiligheid van gebouwen

Het uitoefenen van toezicht beoogt de constructieve veiligheid van gebouwen binnen de gemeente te bevorderen.

2. Sloopwerkzaamheden op basis Bouwbesluit

Het uitoefenen van toezicht beoogt illegale sloopwerkzaamheden tegen te gaan en legale sloopwerkzaamheden op een veilige en zo min mogelijk overlast gevende wijze te laten plaatsvinden. Omdat de meeste sloopwerkzaamheden asbest betreffen, is het toezicht ondergebracht bij de OMWB. Ook de bouwkundige sloop is bij de OMWB ondergebracht.

3. Toezicht op vergunningsvrij bouwen

Het uitoefenen van toezicht beoogt tijdig ingrijpen, wanneer er zonder benodigde omgevingsvergunning wordt gebouwd, mogelijk te maken en tevens de naleving van wet- en regelgeving te bevorderen.

4. Uitvoeren toezicht op verleende omgevingsvergunningen

Het uitoefenen van toezicht beoogt tijdig ingrijpen, wanneer er in afwijking van de verleende omgevingsvergunning wordt gehandeld, mogelijk te maken en tevens de naleving van wet- en regelgeving te bevorderen. Het aantal genoemd in het overzicht betreft het aantal verwachte toestemmingen die in 2019 worden gecontroleerd. Het is mogelijk dat een verleende toestemming meer dan één maal wordt gecontroleerd.

Toezicht Wabo – Projectmatig

De activiteiten die vallen onder Toezicht Wabo – Projectmatig (punt 5) beogen de naleving van wet- en regelgeving te bevorderen, waardoor:

• onveilige en ongezonde situaties worden voorkomen dan wel worden beëindigd;

• aantasting van de landschappelijke, cultuurhistorische waarden, natuurwaarden en/of milieukwaliteit wordt voorkomen dan wel wordt beëindigd;

• aantasting van de kwaliteit van de woon- en leefomgeving / verstoring van de openbare orde wordt voorkomen dan wel wordt beëindigd.

5. Beeldbepalende panden

In 2015 is onderzoek gedaan naar mogelijke maatregelen om cultuurhistorische panden binnen de gemeente Steenbergen te behouden. Uit dit onderzoek komt naar voren dat met periodiek toezicht op de 394 cultuurhistorische panden het in verval raken van de panden wordt voorkomen. Er is berekend dat met een jaarlijkse controle van 131 panden (panden worden 1 keer per 3 jaar bezocht) en een controletijd van 35 minuten per controle (inclusief reistijd) er 77 uur per jaar toezicht nodig is om periodiek toezicht op deze panden uit te oefenen.

6. Flexibel in te zetten uren voor onvoorziene zaken

In 2019 is er 172 uur beschikbaar om in te zetten voor onvoorziene Wabo-zaken. Deze uren zijn inzetbaar voor zowel reguliere Wabo-zaken als voor de projectmatige Wabo-zaken.

Toezicht Handhaving – Regulier

De activiteiten die vallen onder Toezicht Handhaving – Regulier (punten 7 tot en met 10) beogen de naleving van wet- en regelgeving te bevorderen, waardoor:

• onveilige en ongezonde situaties worden voorkomen dan wel worden beëindigd;

• aantasting van de kwaliteit van de woon- en leefomgeving wordt voorkomen dan wel wordt beëindigd.

7. Bouwen zonder benodigde vergunning

Het uitoefenen van toezicht beoogt de naleving van wet- en regelgeving te bevorderen en de gevaren van bouwen zonder vergunning tegen te gaan. Denk bij gevaren bijvoorbeeld aan constructieve veiligheid en brandveiligheid.

8. Gebruik in strijd met bestemmingsplan, gebouwen, erven of gemeentegrond

Het uitoefenen van toezicht beoogt de naleving van wet- en regelgeving en het voorkomen van overlast. Onder deze activiteit vallen ook de casussen die betrekking hebben op onrechtmatige bewoning.

9. Toezicht tijdens handhavingstraject

Indien het toezicht leidt tot het starten van een handhavingstraject, vinden de hercontroles plaats door de toezichthouder Leefomgeving.

10. Toezicht in relatie WOZ/BAG

Bij de beoordeling/taxatie van panden in het kader van de WOZ is het van belang dat er een goed overzicht bestaat van de aanwezige bouwwerken, al dan niet met omgevingsvergunning gebouwd.

Aan de hand van luchtfoto’s kan bepaald worden of er ten opzichte van het jaar ervoor bouwwerken zijn bijgekomen. Door onderling gegevens uit te wisselen tussen WOZ/BAG en Handhaving kunnen illegale bouwwerken worden opgespoord en kan een juiste taxatie plaatsvinden.

Toezicht Handhaving – Projectmatig

De activiteiten die vallen onder Toezicht Wabo – Projectmatig (punten 11 en 12) beogen de naleving van wet- en regelgeving te bevorderen, waardoor:

• onveilige en ongezonde situaties worden voorkomen dan wel worden beëindigd;

• aantasting van de landschappelijke, cultuurhistorische waarden, natuurwaarden en/of milieukwaliteit wordt voorkomen dan wel wordt beëindigd;

• aantasting van de kwaliteit van de woon- en leefomgeving / verstoring van de openbare orde wordt voorkomen dan wel wordt beëindigd.

11. Integrale controles op campings/parken en/of woonwagencentra en/of huisvesting arbeidsmigranten

In 2018 hebben een tweetal integrale controles plaatsgevonden van het Sunclass park en camping Mattemburg, waarbij is gecontroleerd op en aandacht is besteed aan (onrechtmatige) bewoning, inschrijvingen in de basisregistratie personen (BRP), brandveiligheid, bouwveiligheid, zorgvraagstukken (bijvoorbeeld schuldenproblematiek), leerplicht, illegaliteit en veiligheid. Waar nodig starten we naar aanleiding van de controles handhavingstrajecten op. Daar waar handhavend wordt opgetreden en waar ook zorgvraagstukken aan de orde zijn, wordt nauw samengewerkt met het OGGZ-team. Gedurende het project is contact gehouden met het Regionaal Informatie en Expertise Centrum (RIEC) om kennis te delen en eventuele casussen op te pakken. In 2019 zullen deze integrale controles wederom plaatsvinden.

12. Integrale controles op bedrijventerreinen en/of gebiedscontroles

In 2018 heeft een integrale controle plaatsgevonden bij enkele verdachte bedrijven. In 2019 zullen er minimaal twee integrale controles worden uitgeoefend op bedrijventerreinen en/of op specifiek aangewezen gebieden. De integrale controles zullen in 2019 plaatsvinden op nog nader aan te wijzen gebieden.

13. Flexibel in te zetten uren voor onvoorziene zaken

In 2019 is er 200 uur beschikbaar om in te zetten voor onvoorziene Handhavingzaken. Deze uren zijn inzetbaar voor zowel reguliere als voor de projectmatige Handhavingzaken, maar tevens voor de benodigde opleidingen/cursussen.

Leefbaarheid

De activiteiten die vallen onder Leefbaarheid (punten 14 tot en met 25) beogen de naleving van wet- en regelgeving te bevorderen, waardoor;

• aantasting van de landschappelijke, cultuurhistorische waarden, natuurwaarden en/of milieukwaliteit wordt voorkomen dan wel wordt beëindigd;

• aantasting van de kwaliteit van de woon- en leefomgeving wordt voorkomen dan wel wordt beëindigd;

• verstoring van de openbare orde wordt voorkomen dan wel wordt beëindigd.

14. Afval

Het uitoefenen van toezicht beoogt het juist scheiden van afval te bevorderen en het illegaal storten van afval tegen te gaan. Het illegaal storten van afval wordt tegengegaan door de eigenaar van het afval op te sporen via NAW-gegevens die bij het betreffende afval worden aangetroffen en tegen deze eigenaar een proces-verbaal op te maken.

15. Evenementen

Het uitoefenen van toezicht op evenementen beoogt onveilige situaties te voorkomen, de openbare orde en veiligheid te beschermen en overlast zo veel als mogelijk te beperken. Tevens beoogt het toezicht de naleving van de vergunningvoorschriften te bevorderen. De grotere evenementen worden door de BOA’s integraal gecontroleerd met andere partners. Daarnaast hebben de BOA’s bij ieder evenement een signalerende rol in het kader van zakkenrollers. Tevens zal onderzocht worden of controles van evenementenmeldingen verricht kunnen worden door de Stichting Samenwerken.

16. Overlast jeugd

In samenwerking met de jongerenwerkers onderhoudt de boa contact met jeugdigen / jeugdgroepen binnen de gemeente. Ook weet de boa de hangplekken, ontmoetingspunten en/of overlastplaatsen te vinden en te monitoren. De boa is een belangrijk onderdeel binnen de lokale aanpak van jeugdigen/jeugdgroepen.

17. Overlast dieren

Het uitoefenen van toezicht beoogt voornamelijk overlast door loslopende honden en overlast van hondenpoep te voorkomen. Tevens beoogt toezicht te voorkomen dat agressieve honden mensen of andere dieren bijten. Daarnaast wordt actief gereageerd op overige meldingen inzake (overlast van) dieren.

18. Autoverhuurbedrijven

Het uitoefenen van toezicht beoogt overlast en verstoring van de openbare orde en het woon- en leefklimaat te voorkomen. Autoverhuurbedrijven dienen over een vergunning te beschikken waarin de volgende voorwaarden worden opgenomen:

- bijhouden van een register met verhuurde auto’s en gegevens huurders;

- verplichting strafbare feiten te melden bij de politie;

- het opstellen van een integriteitsbeleid.

Het toezicht is gericht op het voldoen aan deze voorwaarden. Daarnaast zal er toezicht gehouden worden op bedrijven die auto’s verhuren, maar niet beschikken over de benodigde vergunning.

19. Overlast buitengebied / natuurgebied

Het uitoefenen van toezicht beoogt schade aan flora en fauna te voorkomen en gevaren voor mens en dier aan te pakken. Dit door het crossen in het buitengebied tegen te gaan en door controles uit te voeren op de verschillende verkeersstromen in de natuur (wandelpaden, ruiterpaden, etc.). De controles in het buitengebieden worden een aantal maal per jaar uitgevoerd in samenwerking met de Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant (OMWB). Daarnaast nemen de BOA’s structureel deel aan het project Natura 2000.

20. Overlast vuurwerk

Het uitoefenen van toezicht beoogt overlast van vuurwerk, dat buiten de toegestane tijdsperiode wordt afgestoken, tegen te gaan. Tevens worden verschillende locaties, waar vuurwerk wordt verkocht, gecontroleerd. Het toezicht vindt plaats in december. Het toezicht op straat wordt de laatste dagen van het jaar geïntensiveerd en vindt plaats in samenwerking met politie, HALT, buurtpreventie, parkeerbeheer en jongerenwerk.

21. Overlast aanhangwagens/fietsen/caravans e.d.

Het toezicht beoogt (verkeers-)onveilige situaties, hinder, overlast en aantasting van de openbare ruimte te voorkomen. Het houden van toezicht op dit onderwerp houdt onder meer in dat fietsen en andere objecten (zoals aanhangers en caravans) worden verwijderd, wanneer deze objecten zorgen voor overlast op de openbare weg.

22. Overlast overig

Het uitoefenen van toezicht beoogt verstoring en bedreiging van de openbare orde en het woon- en leefklimaat te voorkomen. Het toezicht vindt in beginsel plaats op de zogenaamde hotspots. De hotspots worden één keer in de twee weken benoemd in het zogenaamde BOA-overleg.

23. Surveillance in de wijken

Naast het actief acteren op meldingen, surveilleren de buitengewoon opsporingsambtenaren ook in de woonwijken en buitengebieden. Zo zijn zij zichtbaar voor de inwoners van de gemeente en kunnen inwoners hen gemakkelijk aanspreken op eventuele (overlast)zaken die spelen in de wijk.

24. Ondersteuning toezichthouders

De boa’s worden ook regelmatig ingezet ter ondersteuning van de toezichthouders Wabo en Handhaving. Een concreet voorbeeld hiervan zijn de controles in de winkelpanden tijdens de feestdagen (zie activiteit nr. 3). Deze controles worden in 2019 uitgevoerd door één toezichthouder rood spoor in samenwerking met één of meerdere boa’s.

25. Aandachtsvestigingen en hotspots

De boa’s houden actief toezicht op de zogenaamde aandachtsvestigingen en hotspots. Deze activiteit valt onder de informatie gestuurde boa’s (IGB).

Bijzondere onderwerpen

De activiteiten die vallen onder Bijzondere onderwerpen (punten 26 tot en met 30) beogen de naleving van wet- en regelgeving te bevorderen, waardoor;

• onveilige en ongezonde situaties worden voorkomen dan wel worden beëindigd;

• aantasting van de kwaliteit van de woon- en leefomgeving wordt voorkomen dan wel wordt beëindigd;

• verstoring van de openbare orde wordt voorkomen dan wel wordt beëindigd;

• onrechtmatig gebruik van sociale- en maatschappelijke voorzieningen en inschrijvingen in de basisregistratie personen (brp) wordt voorkomen dan wel wordt beëindigd (geldt alleen voor punt 32).

26. Bestuurlijke aanpak georganiseerde criminaliteit

Het doel van deze aanpak is om de (georganiseerde) criminaliteit hard en consequent aan te pakken. Tevens beoogt de aanpak gevoelens van onveiligheid en verstoring van de openbare orde en veiligheid te voorkomen. De aanpak richt zich op verschillende onderwerpen, te weten:

• De productie, (illegale) verkoop en handel van/in drugs.

• De verkoopregistratie van gebruikte goederen.

• Illegale prostitutie.

• De outlaw motorcycle gangs (OMG’s) 1 De OMG’s zijn doorgaans geen gewone motorclub. Er zijn binnen de motorclubs veel personen met een strafblad actief en het vermoeden bestaat dat de OMG’s dekmantels zijn voor het al dan niet gezamenlijk plegen van misdrijven. LIEC 2015, ‘Integrale landelijke voortgangsrapportage Outlaw Motorcycle Gangs. Geraadpleegd op 4 december 2017 op www.overheid.nl’. .

• Mensenhandel en seksuele uitbuiting.

Binnen de bestuurlijke aanpak van de georganiseerde criminaliteit worden veel acties districtelijk opgepakt. Zo zijn dikwijls meerdere partners tegelijkertijd aan zet. Denk hierbij aan de politie, het RIEC, de belastingdienst en het Openbaar Ministerie. Naar aanleiding van signalen van drugshandel in voor het publiek toegankelijke panden worden integrale controles uitgevoerd. Tevens zullen in 2019 ook objecten worden gecontroleerd die eerder met drugs in verband zijn gebracht. Daarnaast neemt de gemeente Steenbergen structureel deel aan het Woninginbraken-, Overvallen- en Straatrovenoverleg op basisteamniveau (WOS).

De controles in/bij panden waar vermoedelijk drugs wordt verkocht, voert de politie in samenwerking met de boa’s van de gemeente uit. Daarnaast sluiten de boa’s van de gemeente structureel aan bij de hennepruimacties van de politie. De adviseur Openbare Orde en Veiligheid sluit incidenteel aan bij een hennepruimactie. De naar aanleiding van deze controles ontvangen processen-verbaal en hennepinformatieberichten, vormen de grondslag om bestuursrechtelijk op te kunnen treden (waarschuwingen versturen en/of panden sluiten). Met betrekking tot de controles van de politie in het kader van WOS-zaken en heling geldt dat de boa’s van de gemeente op verzoek van de politie deelnemen aan de controles. De controles op het gebied van (illegale) prostitutie worden uitgevoerd door het team commerciële zeden van de politie, dit team is aangewezen als toezichthouder en beschikt over specifieke kennis op dit gebied. Op basis van de rapportages van dit team, zal de gemeente indien nodig bestuursrechtelijk optreden.

Binnen de WOS-aanpak (woningovervallen, overvallen en straatroven), waarin onder meer de gemeente en de politie als organisaties deelnemen, wordt hieraan actief aandacht besteed.

In de High Impact Criminaliteit-kalender zijn speciale weken benoemd waarin extra aandacht wordt besteed aan onderwerpen, zoals heling.

27. Kinderopvang en peuterspeelzalen

De GGD West-Brabant voert, in opdracht van de gemeente Steenbergen, toezicht uit op de naleving van de kwaliteitseisen, die gelden voor kinderopvangcentra en peuterspeelzalen. Met het houden van toezicht streeft de gemeente verantwoorde, veilige en gezonde kinderopvangcentra na. De controles van de GGD vinden over het algemeen aangekondigd plaats, maar er kan in bepaalde situaties ook gekozen worden voor een onaangekondigde controle. Dit is afhankelijk van de casus. Eventuele handhavingsprocedures worden binnen de gemeente Steenbergen opgepakt door het team Handhaving. Per geconstateerde overtreding wordt gekeken naar de prioritering (hoog/gemiddeld/laag) die aan de overtreding is gekoppeld. De prioritering is neergelegd in de Beleidsregels handhaving Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen Steenbergen.

28. Horeca

Gedurende het gehele jaar wordt toezicht gehouden op:

1. het verbod om alcohol te verkopen en/of te schenken aan minderjarigen;

2. het naleven van de sluitingstijden;

3. mogelijke schijnconstructies.

Het toezicht wordt uitgeoefend door de toezichthouders Drank- en Horecawet. Deze toezichthouders houden in ieder geval toezicht op de naleving van bovengenoemde punten bij de horecagelegenheden, bij (sport)evenementen en bij supermarkten en slijterijen. Het toezicht beoogt voornamelijk een preventief effect te hebben, maar bij (structurele) overtredingen worden waarschuwingen en/of bestuurlijke boetes opgelegd. Tevens zal er worden deelgenomen aan preventieve activiteiten om het alcoholgebruik onder minderjarigen naar beneden te brengen. Denk hierbij aan de polsbandjes die tijdens een aantal evenementen worden uitgedeeld om te kunnen laten zien dat je 18+ bent. Het uitdelen van de polsbandjes gebeurt in samenwerking met Koninklijke Horeca Nederland. De preventie activiteiten beogen alcoholgebruik door minderjarigen tegen te gaan, overlast en verstoring van de openbare orde zo veel als mogelijk te beperken en onveilig/ongezonde situaties te voorkomen.

29. Basisregistratie personen

De Basisregistratie Personen (BRP) bevat persoonsgegevens van inwoners van Nederland (ingezetenen) en van personen die Nederland hebben verlaten (niet ingezetenen). Personen die korter dan 4 maanden in Nederland wonen, kunnen ook als niet-ingezetenen in de BRP zijn opgenomen. Bijvoorbeeld omdat ze tijdelijk werken of studeren in Nederland. Een registratie in de BRP is in zulke gevallen wenselijk, omdat deze personen dan gemakkelijker in contact kunnen treden met de overheid.

Volgens vaste rechtspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State dienen de in de basisregistratie vermelde gegevens zo betrouwbaar en duidelijk mogelijk te zijn en moeten gebruikers erop kunnen vertrouwens dat deze in beginsel juist zijn. Dit komt voornamelijk doordat er, voor de uitvoering van een groot aantal wet- en regelgeving, gebruik gemaakt wordt van de registraties in de BRP. Denk bijvoorbeeld aan het kunnen vaststellen van het recht op uitkering of aan het kunnen opleggen van gemeentelijke heffingen. Ook is een juiste en op orde zijnde BRP onontbeerlijk om burgers in crisissituaties te kunnen opsporen en/of bereiken.

De gemeente Steenbergen hecht grote waarde aan de juistheid van de adresgegevens van haar inwoners. De toezichthouders Wabo en Leefomgeving, welke eveneens zijn aangesteld als toezichthouder BRP, hebben in Steenbergen dan ook de taak om er toezicht op te houden dat de registratie in de BRP overeenstemt met de feitelijke situatie. Wanneer er twijfel bestaat over de juistheid van het adres, zoals dat in de BRP staat geregistreerd, wordt een adresonderzoek opgestart. Het doel van het adresonderzoek is om de feitelijke verblijfplaats van de persoon vast te stellen en deze verblijfplaats overeenkomstig in de BRP te registreren. Het uitoefenen van adequaat toezicht op de juistheid van de adresgegevens, beoogt voornamelijk fraude en misbruik van sociale en maatschappelijke voorzieningen te voorkomen. In 2019 zijn er 400 uur opgenomen om dit toezicht op een adequaat niveau uit te voeren.

De gemeente Steenbergen ontvangt meldingen van mogelijke onjuiste adresregistraties van Publiekszaken, de Terugmeldvoorziening (TMV), externe partijen (bv. politie, deurwaarders, woningbouwcorporaties), interne partijen (bv. leerplicht, intergemeentelijke sociale dienst, team Handhaving, team WMO), rechtstreeks van burgers of via de Landelijke Aanpak Adreskwaliteit (LAA).

De Landelijke Aanpak Adreskwaliteit levert de gemeente Steenbergen periodiek signalen van adressen waar de registratie mogelijk niet overeenstemt met de feitelijke situatie. Ook deze signalen worden opgepakt door de toezichthouders BRP van Steenbergen. De signalen, die afkomstig zijn van LAA, zijn afkomstig uit analyses die op landelijk niveau worden uitgevoerd.

Verwacht wordt dat er in 2019 +/- 30 LAA-signalen worden onderzocht en enkele signalen afkomstig van andere bronnen.

30. Brandveiligheid

Het cluster VTH werkt samen met de Brandweer Midden en West-Brabant aan het brandveilig gebruik van (zorg)instellingen. In overleg met de brandweer worden de controles uitgevoerd bij (zorg)instellingen, waar het niveau van zelfredzaamheid van de gebruikers laag is en waar de kans op brand en de frequentie van het gebruik een essentieel onderdeel is. Voor het basistakenpakket van de Brandweer Midden –en West-Brabant, zie bijlage I.

2.3 Uitvoeringsdoelstellingen

De doelstellingen die in dit uitvoeringsplan worden beschreven, zijn opgesteld op basis van de beleidsdoelstellingen die volgen uit het Handhavingbeleidsplan 2017-2020 en het Omgevingsvergunningenbeleid 2019-2020. Hierin heeft het college gemotiveerd aangegeven welke doelen en prioriteiten het zichzelf stelt bij de VTH-taken en welke activiteiten het daartoe zal uitvoeren.

2.3.1

Beleidsdoelstellingen volgens Handhavingsbeleid

De primaire doelstelling van handhaving is het bevorderen van naleving van wet- en regelgeving, waardoor:

- onveilige en ongezonde situaties worden voorkomen dan wel worden beëindigd;

- aantasting van landschappelijke-, cultuurhistorische-, natuurwaarden en milieukwaliteit wordt voorkomen dan wel worden beëindigd;

- aantasting van de kwaliteit van woon- en leefomgeving en verstoringen van de openbare orde worden voorkomen dan wel worden beëindigd;

- onrechtmatig gebruik van sociale- en maatschappelijke voorzieningen en inschrijvingen BRP en daarmee misbruik- en/of oneigenlijk gebruik van gemeenschapsgelden worden voorkomen dan wel worden beëindigd.

De activiteiten die bijdragen aan de bovengenoemde primaire doelstelling, heeft u kunnen lezen in de voorgaande paragrafen. De twee secundaire doelstellingen zijn de verdere professionalisering van de handhavingsorganisatie en het bevorderen van samenwerking met interne- en externe handhavingspartners (waaronder op Brabantse Wal niveau en Tholen). De activiteiten die hiertoe bijdragen leest u in paragraaf 2.3.3.

2.3.2

Prioritering volgens Handhavingsbeleid

De prioritering in het Handhavingbeleidsplan 2017-2020 is tot stand gekomen na uitvoering van een risicoanalyse. Zie voor de prioritering de volgende pagina’s. Met het beschrijven van de activiteiten uit het vorige hoofdstuk is rekening gehouden met deze prioritering.

In onderstaande tabel ziet u de prioritering voor het handhavingsveld Wabo.

Onderwerp

Prioriteit

milieu

inrichting zonder vergunning/melding

Laag

inrichting activiteitenbesluit type A en B

Laag

inrichting activiteitenbesluit type C

Laag/gemiddeld

inrichting activiteitenbesluit type IPPC/BRZO

hoog/heel hoog

geluid/lucht en geur/bodem/water

Laag

trillingen

Laag

flora & fauna

Laag

bouwen

bouwfase omgevingsvergunning woning/bijbehorend bouwwerk/publiek toegankelijk

gebouw/monument/overige bouwwerken

Laag

Illegaal verbouwen publiek toegankelijk gebouw/monument/overige bouwwerken

laag

bouwen/slopen/gebruik met gevaar voor veiligheid en/of gezondheid (art. 1a Woningwet)

heel hoog

Verstoren archeologisch gebied

laag

illegaal (ver)bouwen woning/bijbehorend bouwwerk

gemiddeld

bouwbesluit constructief en overig

gemiddeld

slopen

slopen asbest

heel hoog

slopen monument

laag

Slopen overig

Laag/gemiddeld

gebruik

brandveilig gebruik BRZO+

hoog/heel hoog

brandveilig gebruik omgevingsvergunning kwetsbare groepen2Onder kwetsbare groepen wordt verstaan: verzorgingstehuizen > 10 personen, kinderdagverblijven > 10 personen, peuterspeelzalen > 10 personen, klinieken > 10 personen, ziekenhuizen > 10 personen, scholen met kinderen < 12 jaar en dagverblijf gehandicapten > 10 personen.

Hoog

brandveilig gebruik omgevingsvergunning niet-kwetsbare groepen

Laag

Melding brandveilig gebruik > 50 personen

Laag

Melding brandveilig gebruik kamergewijze verhuur

Gemiddeld

brandveilig gebruik overig (kleine feiten zoals brandblusser over keuringsdatum etc.)

Laag

gebruik in strijd met bestemmingsplan buitengebied met gevaar of overlast3Met overlast wordt hier aanzienlijke en aanhoudende overlast bedoeld

Laag

gebruik in strijd met bestemmingsplan bedrijfsmatig

Laag/gemiddeld

gebruik in strijd met bestemmingsplan onrechtmatige bewoning/ overig/ buitengebied overig

Laag

In onderstaande tabel ziet u de prioritering voor het handhavingsveld Leefbaarheid.

Onderwerp

Prioriteit

afval drugs chemisch/ hennepgerelateerd

heel hoog

afval asbest/ afval illegaal dumpen in buitengebied

Heel hoog

parkeren caravans/aanhangwagens/grote voertuigen/fietsen en overig

Laag

autowrakken

laag (rond jaarwisseling hoog)

verkeer natuurgebied (ruiters, mountainbikers, crossers etc.)

laag

Hondenpoep/aanlijnen

gemiddeld

Agressieve honden/verboden locaties voor honden/dieren overig

laag

reclame uitingen/uitstallingen/plakken/bekladden/illegaal plaatsen object in openbare ruimte

laag

Illegale afvalinzamelingen (bijvoorbeeld textiel)/afval wijze van aanbieden

laag

evenementen vergunningsplichtig/meldingsplichtig

Laag

Bijplaatsingen afval/verkeerd scheidingsgedrag afval/zwerfafval

gemiddeld

standplaatsen/venten

laag

nachtregister campings/ illegaal kamperen

Laag

illegaal kamperen

Laag

gebruik vuurwerk

gemiddeld

vuur stoken

laag (vreugdevuren hoog)

Overlast jeugd/ woonoverlast (met uitzondering van onrechtmatige bewoning)/

overlast gebruik/handel drugs in openbare ruimte

gemiddeld (hotspots hoog)

APV overig

laag

In onderstaande tabel ziet u de prioritering voor handhaving op het gebied van de basisregistratie personen (BRP).

Onderwerp

Prioriteit

BRP: Inschrijving BRP komt niet overeen met feitelijke situatie

Laag

BRP: briefadressen

Laag

BRP: identiteit

Laag

2.3.3.

Bijdrage aan secundaire doelstellingen Handhavingsbeleid

De twee secundaire doelstellingen zijn de verdere professionalisering van de handhavingsorganisatie en het bevorderen van samenwerking met interne- en externe handhavingspartners (waaronder op Brabantse Wal niveau en Tholen). In 2019 beogen we daartoe de volgende activiteiten uit te voeren:

Uitvoeringsdoelstelling

KPI

Acties om doelstellingen te bereiken

Wijze van toetsing

Draagt bij aan beleidsdoelstelling / prioriteit

1

Ontwikkelen checklists voor toezichtscontroles

Checklists opgesteld

- Checklists maken met omschrijvingen van controlepunten en vermeldingen van wetsartikelen

Aanwezigheid checklists

Professionalisering

2.3.4

Beleidsdoelstellingen volgens het Omgevingsvergunningenbeleid 2019-2020

Bij de uitoefening van taken en bevoegdheden houdt de gemeente Steenbergen rekening met de samenhang van de relevante onderdelen en aspecten van de fysieke leefomgeving en van de rechtstreeks daarbij betrokken belangen. Ook wordt rekening gehouden met de taken en bevoegdheden van regionale, provinciale dan wel landelijke bestuursorganen. Dit veronderstelt een integrale benadering van de fysieke leefomgeving, uitgaande van initiatieven en opgaven in de fysieke leefomgeving zelf. Een goede samenwerking met de partners en voldoende capaciteit om in te spelen op ontwikkelingen is daarbij onontbeerlijk.

Tijdens de looptijd van het Omgevingsvergunningenbeleid monitoren wij het beleid, de uitvoeringsprogramma's en het behalen van de doelstellingen. Voor vergunningverlening zijn de volgende doelstellingen vastgesteld:

  • 1.
    Vergunningverlening vindt plaats binnen de wettelijke kaders. Desalniettemin wordt het initiatief benaderd met de ja-mits benadering, in plaats van de oorspronkelijk gehanteerde nee-tenzij benadering;
  • 2.
    Vergunningverlening en bouwtoezicht worden op een professionele wijze en een kwalitatief adequaat niveau uitgevoerd. Het huidige niveau van taakuitvoering blijft gehandhaafd. Deze kwaliteit vertaalt zich in:
  • a
    het behalen van de wettelijke termijnen. Waar mogelijk wordt eerder op de aanvraag beslist;
  • b
    het deugdelijk motiveren van gemeentelijke besluiten;
  • c
    het verlenen van een transparante dienstverlening.
  • 3.
    Juridische procedures worden zoveel mogelijk voorkomen door de inzet van informatie gesprekken en mediationvaardigheden.

Uitvoeringsdoelstelling

KPI

Acties om doelstellingen te bereiken

Wijze van toetsing

1.

In lijn van de komst van de Omgevingswet, worden binnen Steenbergen de vergunningaanvragen met een ‘ja-mits’ houding benaderd.

100%

 

Bij negatief besluit volgt altijd gesprek met aanvrager

Door middel van een klanttevredenheidsonderzoek zullen wij onderzoeken hoe onze dienstverlening onder andere op dit punt wordt beleefd.

Registratie door omgevingsregisseur

2.

Vergunningverlening en bouwtoezicht worden op een professionele wijze en een kwalitatief adequaat niveau uitgevoerd.

- Geen vergunningen van rechtswege

-Geen klachten van aanvragers over dit punt

-het behalen van de wettelijke termijnen. Waar mogelijk wordt eerder op de aanvraag beslist;

-het deugdelijk motiveren van gemeentelijke besluiten;

-het verlenen van een transparante dienstverlening hierbij hoort tijdige communicatie

Registratie door omgevingsregisseur

3.

Juridische procedures worden zoveel mogelijk voorkomen dan wel zo efficiënt mogelijk afgehandeld.

20% afname van bezwaar bij bezwaarcommissie

Er worden er minimaal twee ‘mediators’ ingezet binnen het VTH domein

Registratie door omgevingsregisseur

4

De prioriteitstelling in combinatie met de diepgang van toetsen wordt te allen tijden gehandhaafd.

100%

-Maandelijks wordt een dergelijk dossier gecontroleerd

Audits door de omgevingsregisseur

3 Borging uitvoering

3.1 Inleiding

In dit hoofdstuk leest u hoe de uitvoering, zoals in het vorige hoofdstuk is beschreven, wordt geborgd.

3.2 VTH-organisatie

3.2.1

Kennis, kunde en capaciteit

  • de betreffende eisen op het gebied van minimale kennis, kunde en capaciteit zijn vastgelegd in de kwaliteitsverordening en deze eisen zijn gebaseerd op de kwaliteitscriteria 2.1.
  • er is geborgd dat er voldaan wordt aan deze eisen

Om de objectiviteit van de werkzaamheden te borgen, is er binnen de rolverdeling tussen Vergunningen, Toezicht en Handhaving (VTH) een scheiding aangebracht tussen vergunningverlening, toezicht en handhaving. De vergunningverleners zijn niet betrokken bij het toezicht op vergunningen waarvan zij de voorschriften hebben opgesteld. Hiervoor is een toezichthouder Wabo aangesteld die zich uitsluitend bezighoudt met het toezicht op verleende Omgevingsvergunningen, meldingen en toestemmingen. In voorkomende gevallen treden de vergunningverleners bij opleveringscontroles wel op als adviseur van de toezichthouder. De toezichthouder blijft echter als procesverantwoordelijke eindverantwoordelijk voor de oplevering.

Wanneer er sprake is van het overgaan tot het opleggen van een last onder dwangsom of een last onder bestuursdwang wordt het dossier van de toezichthouder overgedragen aan de juristen van handhaving en vanaf dat moment neemt de toezichthouder de rol van adviseur in. Om onduidelijkheden in de uitvoering van beide toezichthouders te voorkomen zijn er werkafspraken gemaakt (zie bijlage II).

Daarnaast zullen er standaard checklisten worden opgesteld, zodat er zoveel mogelijk een uniforme werkwijze ontstaat.

3.2.2

Personeelsformatie

In deze paragraaf leest u hoe de personeelsformatie binnen het cluster VTH is opgebouwd en welke persoon/personen (op functieniveau), welke taak/activiteit uit het uitvoeringsplan uitvoert/uitvoeren. Hierbij wordt ervan uitgegaan dat 1fte gelijk staat aan 1450 productieve uren. Van de beschreven activiteiten uit dit uitvoeringsplan (zie paragraaf 2.2), wordt het grootste gedeelte uitgevoerd door de medewerkers van het cluster VTH. Een aantal taken is belegd bij andere teams binnen de gemeente Steenbergen (bijvoorbeeld de boa’s van domein III: onderwijs). Daarnaast voert de OMWB in 2019 het toezichtprogramma c.q. werkprogramma uit (zie bijlage III).

Vergunningen

Capaciteit vergunningverleners werkzaam voor het cluster VTH in 2019 (2.1 fte – 3030 uur) WABO vergunningen

Functie

Uren

Medewerker vergunningen 1

1150

Medewerker vergunningen 2

1000

Juridisch medewerker

350

Adm. Medewerker

80

omgevingsregisseur

450

Totaal uren:

3030

Toezicht en Handhaving

Capaciteit toezichthouders werkzaam voor het cluster VTH in 2019 (2 fte – 2900 uur)

  • -
    Toezichthouder Wabo

Er is 1 fte beschikbaar voor de toezichthouder Wabo. Deze toezichthouder houdt onder meer toezicht op bouw, Wabo en brandveiligheid.

Van de in totaal 1450 uur kan in 2019 100 uur flexibel worden ingezet. De flexibele uren kunnen worden besteed aan casussen die vooraf niet zijn voorzien en waar in 2019 direct op geacteerd dient te worden.

  • -
    Toezichthouder Leefomgeving

Er is 1 fte beschikbaar voor de toezichthouder Leefomgeving. Deze toezichthouder houdt onder meer toezicht op bouwen zonder omgevingsvergunning en strijdig gebruik bestemmingsplan, gebouwen, erven of gemeentegrond. Daarnaast is hij de coördinator voor de klachten/meldingen.

Van de in totaal 1450 uur kan in 2019 200 uur flexibel worden ingezet. De flexibele uren kunnen worden besteed aan casussen die vooraf niet zijn voorzien en waar in 2019 direct op geacteerd dient te worden. Ook worden deze uren besteed aan noodzakelijke cursussen/opleidingen.

  • -
    Toezichthouders basisregistratie personen

De toezichthouders Wabo en Leefomgeving houden tevens toezicht op de basisregistratie personen (BRP). Eén (ingehuurde) toezichthouder behandelt daartoe de signalen, die afkomstig zijn van de Landelijke Aanpak Adreskwaliteit. Deze toezichthouder heeft 126 productieve uren. De toezichthouders Wabo en Leefomgeving voeren de overige meldingen/signalen uit met betrekking tot de basisregistratie personen.

  • -
    Adviseur woonwagenlocaties

Binnen de gemeente Steenbergen is één extern projectleider woonwagenlocaties actief, die wordt ingezet voor taken op de diverse woonwagenlocaties binnen de gemeente Steenbergen. Deze extern projectleider woonwagenlocaties wordt voor 0,24 fte ingehuurd, hetgeen gelijk staat aan 344 productieve uren.

Capaciteit boa’s werkzaam voor het cluster VTH in 2019 (1.24 fte – 1800 uur)

  • -
    Boa’s werkzaam in boa-pool domein I en II

De gemeente Steenbergen neemt deel aan een zogenaamde boa-pool (Bergen op Zoom, Steenbergen en Woensdrecht). Binnen deze boa-pool zijn boa’s uit domein I en II werkzaam. In totaal is er in 2019 7 fte aan boa-capaciteit beschikbaar. Van deze 7 fte is 1,24 fte beschikbaar voor de gemeente Steenbergen, hetgeen gelijk staat aan 1800 uur.

  • De boa’s werkzaam in de domeinen I en II worden niet enkel ingezet voor de activiteiten die vallen onder leefbaarheid (zie paragraaf 2.2). Deze boa’s bieden bij sommige casussen en projecten ook ondersteuning aan de toezichthouders Wabo en Leefomgeving, aan de toezichthouders BRP en aan de politie.
  • De bovengenoemde capaciteit is exclusief de inzet die door het project Samen Sterk in Brabant (SSiB) wordt uitgevoerd.
  • -
    Boa’s werkzaam in de boa-pool Drank- en Horecawet

De gemeente Steenbergen heeft +/- 163 uur beschikbaar voor boa’s die toezicht uitoefenen op de Drank- en Horecawet4 In 2019 zal niet langer met uren worden gerekend maar met budgetten. Op dit moment bestaat de verwachting dat Steenbergen voor de uitvoering van het toezicht op de Drank- en Horecawet 10.000,- euro besteedt. De verwachting bestaat dat dit qua toezicht ongeveer gelijk zal blijven aan 163 uren. . De boa’s die toezicht uitoefenen op de Drank- en Horecawet (DHW), zijn werkzaam binnen de zogenaamde DHW boa-pool (Bergen op Zoom, Steenbergen, Woensdrecht en Tholen).

  • -
    Parkeerbedrijf (Bergen op Zoom)

Bij het parkeerbedrijf zijn 7 boa’s (3 personen 40 uur p/w en 4 personen 32 uur p/w) werkzaam binnen domein I. De boa’s bij het parkeerbedrijf hebben specifiek de functieomschrijving om fiscaal parkeren aan te pakken. Daarnaast kunnen de boa’s van het parkeerbedrijf kunnen ook breder worden ingezet, bijvoorbeeld tijdens de jaarwisseling (schrijven van Halt verwijzingen en processen-verbaal), tijdens evenementen (zoals Koningsdag), bij ziekte en bij overige incidenten. De afspraken tussen het parkeerbedrijf en de gemeente Steenbergen zijn voor 2019 vastgelegd in een contract. Steenbergen huurt de boa’s van het parkeerbedrijf in voor een jaarlijks budget van € 27.096,-.

Capaciteit boa’s werkzaam bij andere teams binnen de gemeente Steenbergen

  • -
    Team Welzijn en Zorg

De leerplichtambtenaren zijn in de gemeente Steenbergen werkzaam binnen het team Welzijn en Zorg. De leerplichtambtenaren zijn regionaal werkzaam en zijn allen boa domein V: onderwijs.

  • -
    Intergemeentelijke Sociale Dienst (ISD)

Binnen de ISD zijn vier medewerkers (2 fulltime en 2 parttime) werkzaam als sociaal rechercheur, waarvan één bevoegd is als buitengewoon opsporingsambtenaar in domein V. Dit betreft het domein Werk, Inkomen en Zorg.

Capaciteit juristen binnen team Wonen, Werken en Beleven (WWB) in 2019 (2 fte – 2900 uur)

  • -
    Juridisch beleidsmedewerker Handhaving

Er is 1 fte beschikbaar voor een juridisch beleidsmedewerker Handhaving. Deze houdt zich bezig met beleidsmatige zaken en de juridische afhandeling van handhavingzaken.

  • -
    Juridisch medewerker Handhaving

Er is 1 fte beschikbaar voor een juridisch medewerker Handhaving. Deze houdt zich bezig met de juridische afhandeling van handhavingzaken.

Benodigde en beschikbare uren schematisch weergegeven

In onderstaande tabel zijn de benodigde uren per activiteit/activiteitsgroep afgezet tegen het aantal beschikbare uren. De nummers van de activiteiten corresponderen met het schema uit paragraaf 2.2. In de laatste kolom is tevens te lezen door wie de activiteit(en) wordt/worden uitgevoerd.

Activiteit

Benodigde uren

Beschikbare uren

Uitgevoerd door

1 t/m 6

1450

1450

Toezichthouder Wabo

7 t/m 13

1450

1450

Toezichthouder Leefomgeving

14 t/m 25

1760

1760

Boa’s (boapool)

26

40

40

Boa’s (boapool)

27

25

25

Juristen (team Handhaving)

28

200

200

Boa’s DHW (inhuur)

29

126 + 400

126 + 400

Toezichthouder LAA (inhuur) + Toezichthouders Wabo en Leefomgeving

30

339

339

Brandweer

Let op: de capaciteit van de juristen komt in bovenstaande tabel niet geheel terug. De uren die niet direct in de tabel terugkomen, worden besteed aan de activiteiten die beschreven zijn onder het kopje ‘Capaciteit juristen binnen het cluster VTH in 2019’. Hetzelfde geldt voor de boa’s werkzaam buiten het cluster VTH.

3.2.3

Vastgelegde werkwijzen

In het vorige hoofdstuk heeft u kunnen lezen welke activiteiten er voor het jaar 2019 op de agenda staan. In de vorige paragraaf is de personeelsformatie voor het jaar 2019 beschreven. Als u de activiteiten koppelt aan de personeelsformatie, ziet u dat er in beginsel voldoende personeelsbezetting is om de beschreven activiteiten uit te kunnen voeren. Dit overzicht geeft echter nog niet concreet aan wie welke activiteit in 2019 op zich neemt. Dit vindt u terug in de beleidsagenda 2019. De voortgang van de afspraken, zoals gemaakt in het teamplan, worden bewaakt door middel van de gesprekkencyclus. Per medewerker vindt er jaarlijks een evaluatie-/beoordelingsgesprek plaats. Tussentijds vinden individuele gesprekken tussen medewerker en teamleider plaats.

Voor de boa’s geldt daarnaast dat de planmatige toezicht- en handhavingsacties gedurende het jaar worden gepland en vastgelegd in de zogenaamde digitale boa-agenda. In deze agenda kunnen de medewerkers zien welke acties gepland staan en wie er aan deze acties verwacht wordt deel te nemen. Per planmatige actie wordt er een draaiboek opgesteld, zodat de werkafspraken vastliggen en er een zoveel mogelijk uniforme werkwijze ontstaat. Voorbeelden van planmatige acties zijn bijvoorbeeld de oud- en nieuw periode (de laatste twee weken van december), de hondenpoep controles en de controles op brandveiligheid binnen de horeca.

Naast de sturing op operationeel niveau, vindt er gedurende het jaar ook sturing en afstemming plaats op strategisch niveau. De teamleider heeft wekelijks overleg met de betrokken portefeuillehouders. De beleidsmedewerker Handhaving heeft 3 wekelijks overleg met de portefeuillehouder.

Voor alle primaire processen rondom VTH zijn samen met de medewerkers werkbeschrijvingen opgesteld. Deze werkbeschrijvingen zijn bekend bij alle medewerkers. Nieuwe medewerkers worden ook bekend gemaakt met de werkbeschrijvingen. De actualiteit, opvolging en effectiviteit van alle werkwijzen worden gemonitoord middels de interne audits door de omgevingsregisseur en waar nodig aangepast.

3.2.4

Klachten en Meldingen

De klachten en meldingen worden geregistreerd in het geautomatiseerde systeem Melddesk. De toezichthouder Leefomgeving beheert de klachten en meldingen die voor het cluster VTH binnenkomen en stuurt deze naar andere instanties als ze niet voor ons bestemd zijn (OMWB, Politie, Waterschap etc.). APV-gerelateerde meldingen worden doorgestuurd naar de boapool te behandeling. Eens per maand volgt een overzicht van de behandelde meldingen door de boapool, die vervolgens in Melddesk worden verwerkt. In 2019 willen we naar een systeem waarin de meldingen, bestemd voor de boapool, automatisch naar de boa’s gaan en de afhandeling en verwerking van de meldingen ook rechtstreeks in het systeem plaatsvindt. Hiermee worden de administratieve lasten voor de toezichthouder Leefomgeving tot een minimum beperkt. Als meldingen door meerdere instanties integraal moeten worden behandeld, zorgt de toezichthouder Leefomgeving voor de coördinatie.

3.3 Financiële middelen en beleid- en begrotingscyclus

  • Financiële middelen

Er is een reserve gevormd om tot en met 2019 de handhaving op een adequaat niveau te brengen. Dit heeft voornamelijk betrekking op de kosten van de OMWB. De begroting is meer dan afgelopen jaren. Dit komt door de uitbreiding van 1 fte aan toezichthouders Wabo en Leefomgeving. Het gaat aldus om een uitkering van de salariskosten. De financiering voor het product handhaving komt onder andere voort uit rijksmiddelen, het opleggen van bestuurlijke boetes en bestuursdwang/dwangsom en een bijdrage vanuit andere producten binnen de gemeentebegroting. Handhaving voert namelijk werkzaamheden uit voor andere teams. Hierbij dient bijvoorbeeld te worden gedacht aan het bestuursrechtelijk traject voor kinderopvang, algemene plaatselijke verordening, bijzondere wetgeving en evenementen.

  • Beleid- en begrotingscyclus

De gemeente kent een jaarlijkse beleid- en begrotingscyclus, waarvoor het collegeprogramma en de teamplannen leidend zijn. Jaarlijks wordt aan de raad, ten behoeve van de begrotingsbehandeling, een voorstel gebracht, gebaseerd op het collegeprogramma en de teamplannen. Met het vaststellen van de begroting worden de middelen voor de uitvoering van de activiteiten en taken die vermeld staan in dit uitvoeringsprogramma gewaarborgd. Gedurende het jaar wordt de raad gerapporteerd over de voortgang van de uitvoering van de doelen en daarmee gepaard gaande middelen. Bijsturing gedurende het jaar wordt zo geborgd.

Tot slot rapporteert het college jaarlijks, middels het evaluatieverslag, over de in het handhavings- en vergunningenbeleid en uitvoeringsprogramma gestelde doelen. Ook het uitvoeringsprogramma wordt openbaar gemaakt (via de openbare besluitenlijst van het college). Alle vth-documenten worden ter kennisname aangeboden aan de gemeenteraad en de Provincie.

3.4 Borging beschikbaarheid samenwerkingspartners

en juiste afstemming met interne en externe (handhavings)partners is essentieel om het Integraal Handhavingsbeleidsplan 2017-2020 en het uitvoeringsprogramma 2019 goed uit te kunnen voeren. Om die reden is er ook voor de totstandkoming van dit uitvoeringsprogramma afstemming gezocht met diverse partners. Bij afstemming met externe partners kunt u denken aan partners die belast zijn met strafrechtelijke handhaving 5 Dit uitvoeringsprogramma is afgestemd in de basisteamdriehoek van 22 januari 2019. (politie en OM), de Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant (OMWB) en de brandweer.

Voor 2019 zijn in ieder geval de volgende specifieke afspraken gemaakt:

  • -
    Er vindt wekelijks een integraal Omgevingsoverleg plaats, waarin nieuwe zaken worden gedeeld en besproken;
  • -
    Met de burgemeester, de Aov-er en de beleidsmedewerker Handhaving vindt iedere 3 weken overleg plaats om informatie uit te wisselen;
  • -
    De boa’s van de boapool sluiten wekelijks aan bij de daarvoor ingerichte boa-politie briefing op het politiebureau van Bergen op Zoom;
  • -
    Maandelijks vindt er op ambtelijk niveau overleg plaats tussen de collega’s van veiligheid en politie. Dit overleg is een voorbereidend overleg op de basisteamdriehoek. In dit overleg worden actuele zaken besproken en worden afspraken gemaakt over capaciteit en inzet;
  • -
    Met de OMWB vinden er verschillende structurele overleggen plaats.
  • -
    Met de brandweer vindt structureel (minimaal één keer in de twee maanden) een overleg plaats met de betrokken medewerkers. Tijdens deze overleggen worden afspraken gemaakt over inspanningsverplichtingen, onder andere naar aanleiding van actuele casussen. Met de brandweer zijn voor 2019 ook afspraken gemaakt voor de controles op de zorginstellingen (zie nader paragraaf 2.2.1);
  • -
    Indien noodzakelijk vindt er gedurende het jaar afstemming plaats in de basisteamdriehoek. Bijvoorbeeld wanneer er een capaciteitsvraagstuk speelt of wanneer politie en OM in beeld komen bij een bepaalde casus, aanpak of controle;
  • -
    Er vindt structureel overleg plaats met de coördinator van de Boapool (eens per kwartaal);
  • -
    In het kader van de samenwerking VTH met de Brabantse Walgemeenten Bergen op Zoom, Steenbergen en Woensdrecht vindt periodiek overleg plaats om deze samenwerking vorm te geven en om uitvoering te geven aan deze samenwerking;
  • -
    Voorzover van toepassing worden projecten ter beoordeling voorgelegd aan de Welstand(Monumenten)Commissie. Deze commissie adviseert het college van burgemeester en wethouders;
  • -
    Afhankelijk van de impact van het ontwerp adviseert de Rijksdienst Cultureel Erfgoed (RCE) over het behoud van het cultureel erfgoed;
  • -
    Bij ruimtelijke afwegingen die vallen onder de uitgebreide procedure dient afstemming gezocht te worden met de Provincie Noord-Brabant;
  • -
    Bij ruimtelijke afwegingen die vallen onder de uitgebreide procedure en die van invloed zijn op het oppervlaktewater of de wijze hoe omgegaan wordt met de afvoer naar het oppervlaktewater dient afstemming gezocht te worden met het Waterschap Brabantse Delta.

Van de hierboven genoemde overleggen wordt op hoofdlijnen een verslag gemaakt. Naar aanleiding van de afspraken gemaakt in deze overleggen, kan bijstelling van het uitvoeringsprogramma noodzakelijk zijn. Als dit in 2019 mocht spelen, wordt hier melding van gemaakt in het evaluatieverslag 2018 en zal er een nieuwe versie van het uitvoeringsprogramma worden vastgesteld. Dit wordt inzichtelijk gemaakt door de versie aan te geven op het voorblad van het uitvoeringsprogramma.

Artikel 3.5 Bereikbaarheid buiten kantooruren

De gemeente Steenbergen kent een crisisorganisatie. De crisisorganisatie wordt door de medewerker van Veiligheid georganiseerd. Deze medewerker draait ook AOV-piket en OvD-bz-piket. (AOV = Ambtenaar Openbare Veiligheid en OvD-bz = Officier van Dienst bevolkingszorg).

Calamiteiten of spoedmeldingen dienen telefonisch te worden gemeld. Dit nummer is buiten kantoortijden doorgeschakeld naar de dienstdoende opzichter van de Buitendienst. Afhankelijk van het soort melding schakelt de dienstdoende opzichter de juiste personen in.

Milieuklachten kunnen buiten kantooruren worden gemeld bij de klachtenlijn van de OMWB.

Bijlage 1 Basistakenpakket Brandweer Midden- en West-Brabant

Basistakenpakket

Op 29 januari 2015 heeft het Algemeen Bestuur (de 26 burgemeesters) van de Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant ingestemd met het Basistakenpakket Brandweerzorg Risicobeheersing 2.0. De vaststelling van het basistakenpakket vormt de herijking van de structurele samenwerking tussen adviesvragers en Brandweer Midden- en West-Brabant met als doel: een (brand) veiligere samenleving met minder incidenten, minder schade en minder slachtoffers.

Organisatie

De Sector Risicobeheersing richt zich primair op het voorkomen van branden en andere incidenten en het beperken en beheersbaar maken van de gevolgen van incidenten. Risico’s kunnen nu eenmaal niet volledig worden uitgesloten. Om u zo goed mogelijk van dienst te zijn, hebben we de vijftien basistaken, waarmee het Algemeen Bestuur in 2015 heeft ingestemd, ondergebracht in zeven taakvelden. Deze beslaan het volledige domein van de omgevingsveiligheid. We onderscheiden de volgende taakvelden:

- Ruimtelijke ordening & infrastructuur;

- Industriële veiligheid & milieu;

-          BRZO & Bedrijfsbrandweren;

-          Bouwen en Brandveilig gebruik;

-          Toezicht brandveilig gebruik;

-          Evenementen & Overige plaatsen;

-          Bewustwording & maatschappelijke beïnvloeding.

Taakveld Toezicht brandveilig gebruik (TBG)

De kaders welke gehanteerd worden bij het invullen van het uitvoeringsprogramma toezicht brandveilig gebruik worden in de bijlage weergegeven. Hieronder volgt een beknopte uitleg:

Iedere medewerker Risicobeheersing is voor een bepaald aantal uren op jaarbasis toebedeeld aan een taakveld. Hierdoor wordt de capaciteit per taakveld bepaald. Ieder taakveld is verantwoordelijk voor bepaalde activiteiten. In het taakveld TBG zijn dat de volgende hoofdactiviteiten omschreven:

1.       Programmatisch toezicht (42%);

2.       Ondersteuning geven bij verzoek tot handhaving, klachten, gemeentelijke projecten en informatieaanvragen (20%);

3.       Structureel terugdringen ongewenste en onechte meldingen (STOOM)(10%);

4.       Brandveiligheidsbewustzijn (anders dan traditioneel toezicht – geen nood bij brand, - samenwerking Koninklijke Horeca Nederland e.d.)(18%); en

5.       Taakveldontwikkeling(10%).

Waarbij de eerste 4 punten het gehele toezichtprogramma (bestaande objecten) omvat en een bijdrage levert aan het handhavingsbeleid binnen de gemeente.  Waarnaast in de activiteit taakveldontwikkeling: de werkwijze, uniformiteit en specialisme wordt geregeld om alle gemeente te voorzien van een actueel, goed en uniform advies.

Binnen het taakveld TBG zijn aan deze 5 activiteiten percentages gehangen. De capaciteit in het totale taakveld en de percentages per activiteit zullen dit jaar intern door ons worden gemonitord. De mogelijkheid bestaat dat door ontwikkeling, personeelsbestand, lering of wijziging in capaciteit per taakveld deze aantallen in de loop van het jaar of volgend jaar in overleg met de gemeente worden bijgesteld/gewijzigd.

Het aantal beschikbare uren voor het taakveld TBG binnen de gemeente komt voort uit het percentage inwoners per gemeente in relatie tot het totaal aantal inwoners binnen de gehele veiligheidsregio. Voor de gemeente steenbergen bedraagt dit 2,2%.

Voorbeeld Programmatisch toezicht (activiteit 1):

De totale capaciteit in het taakveld TBG bedraagt 17100 uur op jaarbasis. Hiervan besteden we 42% aan programmatisch toezicht. Het inwonerspercentage van de gemeente Steenbergen t.o.v. het totale inwonersaantal van de gehele veiligheidsregio bedraagt 2,2%

17100 x 0,42 x 0,022 = 158 uur.

Hierbij dient te worden vermeld dat:

-       Het programmatisch toezicht slechts een onderdeel is van het gehele toezichtprogramma;

-       Het gehele toezichtprogramma slechts een onderdeel is van de hele risicobeheersing; en

-       Dat risicobeheersing slechts een onderdeel is van de gehele brandweerzorg.

Totale momenteel aanwezige capaciteit in het taakveld toezicht brandveilig gebruik voor het gehele toezichtprogramma gemeente steenbergen:

17100 x 0,9 x 0,022 = 339 uur.

Toezicht omgevingsvergunning Milieu

In onze toezichtproducten maken wij daartoe onderscheid in verschillende vormen van toezicht:

•              Objectmatig toezicht

•              Projectmatig / thematisch toezicht

•              Doelgroepenbenadering

Het toezicht in het kader van de uitvoering omgevingsvergunning kan in basis volgens elke toezichtvorm worden ingericht. De wijze waarop we het toezicht in betreffende situatie feitelijk inrichten, is het resultaat van een nadere afstemming tussen de gemeente en brandweer.

Onze beoordeling omvat in alle gevallen een beoordeling op basis van het vergunde (brand)veiligheidsconcept en de daaruit voortvloeiende bouwkundige-, installatietechnische en organisatorische veiligheidsvoorzieningen en –maatregelen. Binnen iedere vergunning kan er sprake zijn van één of meerdere toezicht momenten en afstemmingsoverleggen.

Toezicht BRZO

Bij de BRZO-inspecties volgt het team een landelijke inspectiemethode, de zogenoemde Nieuwe Inspectie  Methodiek (NIM). Een gezamenlijke inspectiemethode is het instrument om de samenwerking tussen de inspecterende partners optimaal te laten verlopen en de meeste effectiviteit en efficiëntie uit de inspectie te halen. Dit is ook voor de bedrijven van belang: een gezamenlijke inspectiemethode draagt bij aan de één-loketgedachte en maakt de rol van de overheid voor bedrijven transparanter en betrouwbaarder.

Ook zorgt de inspectiemethodiek voor een landelijk uniforme werkwijze. Alle afspraken t.a.v. de gezamenlijke inspectiemethode zijn vastgelegd in de Werkwijzer BRZO II.

Ieder BRZO-bedrijf wordt minimaal 1 keer per jaar gecontroleerd. Samen met die partners rapporteren we aan het bedrijf over de inspectie.

We informeren u altijd over een op handen zijnde inspectie en over de uitkomsten daarvan. De samenvatting van een inspectierapport wordt openbaar gemaakt.

Toezicht bedrijfsbrandweren

In het proces van het aanwijzen van een bedrijfsbrandweer investeren we vanaf de start van de procedure in een goede samenwerking met het bedrijf. Allereerst bezoeken we het bedrijf voor een informeel gesprek. Wanneer tijdens het gesprek duidelijk wordt dat het aanwijzen van een bedrijfsbrandweer de beste en/of enige optie is, dan verzoeken wij het bedrijf formeel om een bedrijfs-brandweerrapportagein te dienen.

De wettelijke adviseurs, zoals de gemeente, ISZW (arbeidsinspectie) en OMMWB (Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant), informeren we in een vroeg stadium over hun rol en bijdrage aan het proces.

Als afronding van het proces maken we een ontwerpaanwijzing, ook hierbij betrekken we onze wettelijke adviseurs. De ontwerpaanwijzing wordt vervolgens aangeboden aan het Algemeen Bestuur voor vaststelling. Wanneer de aanwijzing definitief is, nemen we het bedrijf mee in het proces van de BRZO-inspectie omdat ook bedrijven met een bedrijfsbrandweer altijd geïnspecteerd worden.

Toezicht omgevingsvergunning bouwen

Na verlening van de omgevingsvergunning bouwen is een overeenkomstige uitvoering van het bouwwerk een vereiste voor het bereiken van de doelstelling van het advies- en vergunning traject: het realiseren van een voldoende veilig bouwwerk.

Het realiseren van het vergund veiligheidsniveau met als belangrijkste doelstellingen het voorkomen, beheersbaar en bestrijdbaar maken van brand. Het toezicht tijdens de uitvoering van de (ver)bouwwerkzaamheden vormt hierin de rode draad. Wij kunnen u vanuit de verschillende rollen van de brandweer, als adviseur op (brand-)veiligheid en als incidentbestrijdingsorganisatie in de realisatiefase adviseren om gezamenlijk te komen tot een uitwerking die past binnen de vergunde kaders. Daarbij beschouwen wij de algehele (brand)veiligheid op basis van een beoordeling van de brandkenmerken, gebouwkenmerken, menskenmerken, hulpverleningskenmerken en omgevingskenmerken zoals benoemd in de publicatie ‘Basis voor Brandveiligheid’ van het Instituut Fysieke Veiligheid (IFV).

Gebleken is dat uitsluitend met toezicht op de naleving van regelgeving slechts een beperkt veiligheidsrendement wordt behaald.

Vanuit de doelstelling een (brand)veilige(re) samenleving mogelijk te maken, beogen wij ook via het toezicht:

  • Bewustzijnsbevordering: het vergroten van het veiligheids- en risicobewustzijn bij betrokken partijen
  • Verantwoordelijkheidsbevordering: het bereiken van een juiste verdeling van verantwoordelijkheden
  • Gedragsverandering: een omslag van een regelgerichte benadering naar risicogericht denken en handelen
  • Kennisdeling: het bevorderen van deskundigheid en kwaliteit op gebied van brandveiligheid
  • Strategische samenwerkingsverbanden: een samenwerking met verschillende doelgroepen en veiligheidspartners

In onze toezichtproducten maken wij daartoe onderscheid in verschillende vormen van toezicht:

  • Objectmatig toezicht
  • Projectmatig toezicht
  • Doelgroepenbenadering

Het toezicht in het kader van de uitvoering omgevingsvergunning bouwen valt in basis onder objectmatig toezicht. De wijze waarop het toezicht in betreffende situatie feitelijk wordt ingericht, vormt het resultaat van een nadere afstemming tussen gemeente en brandweer.

Onze beoordeling omvat in alle gevallen een beoordeling op basis van het vergunde (brand)veiligheidsconcept en de daaruit voortvloeiende bouwkundige en installatietechnische veiligheidsvoorzieningen en -maatregelen. Binnen iedere vergunning kan er sprake zijn van één of meerdere toezicht momenten en afstemmingsoverleggen.

Toezicht brandveilig gebruik/melding brandveilig gebruik

Na acceptatie van de melding brandveilig gebruik wordt de melding opgenomen in een toezichtcyclus (hierin zitten ook de reeds bestaande objecten waar een melding brandveilig gebruik van toepassing is). Afhankelijk van het risicopotentieel, gewogen in de groepering in gebouwgroepen, kan een hogere of lagere frequentie van toezicht van toepassing zijn.

Om onze beschikbare personele capaciteit efficiënt in te zetten, adviseren wij op gebruikssituaties die een zekere mate van risico voor gebruikers en omgeving met zich meebrengen. Daarbij hanteren wij de navolgende gebruiksfuncties en ondergrenzen:

gebouwgroep 1:

Ondergrens advisering: bouwwerken bestemd voor meer dan 50 en 150 personen:

•  Andere bijeenkomstfunctie

•  Andere gezondheidszorgfunctie

•  Industriefunctie (> 150 personen)

•  Kantoorfunctie (> 150 personen)

•  Onderwijsfunctie

•  Sportfunctie

•  Winkelfunctie

•  Overige gebruiksfunctie

gebouwgroep 2:

De gebruiksfuncties benoemd in gebouwgroep 2 vallen onder de vergunningplicht brandveilig gebruik. Gebouwgroep 2 is hier dan ook niet van toepassing.

gebouwgroep 3:

De gebruiksfuncties benoemd in gebouwgroep 3 vallen onder de vergunningplicht brandveilig gebruik. Gebouwgroep 3 is hier dan ook niet van toepassing.

gebouwgroep 4:

• Woonfunctie voor kamergewijze verhuur

• Andere woonfunctie voor zorg

Daarnaast kan sprake zijn van toezicht met een spoedeisend karakter. Ook in deze specifieke gevallen kunnen wij u van een maatwerk advies voorzien.

Bij het toezicht op een melding brandveilig gebruik verstrekken wij u een integraal advies.

In het advies maken we onderscheid in:

1.  Module toetsing: Bij het toetsen vindt een validatie van het initiatief plaats aan de hand van de (brand-)veiligheidsvoorschriften voortvloeiende uit de wet- en regelgeving.

2.  Module scenarioanalyse: Bij het adviseren op basis van een scenarioanalyse ligt de focus op een integrale beoordeling van het brandveiligheidsconcept op de onderdelen voorkomen, beheersen en bestrijden, aan de hand van de volgende vier thema’s:

•  Fysieke veiligheid

•  Impact

•  Schade

•  Beheersbaarheid

Bij advisering op basis van een  scenarioanalyse beschrijven we relevante incidentscenario’s en noodzakelijke beveiligingsvoorzieningen en maatregelen om het restrisico in verdergaande mate te verkleinen.  Ook beschrijven we de mogelijkheden voor incidentbeheersing en -bestrijding.

3. Module risicocommunicatie: Inzet van risicocommunicatie als onderdeel van het concept Brandveilig Leven met als doelen:

a.  Het vergroten van het risicobewustzijn

b.  Het versterken / verduidelijken van de verantwoordelijkheidsverdeling

c.  Het vergroten van de zelfredzaamheid door het bieden van een handelingsperspectief

Toezicht omgevingsvergunning brandveilig gebruik

Na het afgeven van een omgevingsvergunning brandveilig gebruik wordt deze vergunning opgenomen in een toezichtcyclus (hierin zitten ook de reeds bestaande objecten waar een omgevingsvergunning brandveilig gebruik van toepassing is). Afhankelijk van het risicopotentieel, gewogen in de groepering in gebouwgroepen, kan een hogere of lagere frequentie van toezicht van toepassing zijn.

Om onze beschikbare personele capaciteit efficiënt in te zetten,  adviseren wij op gebruikssituaties die een zekere mate van risico voor gebruikers en omgeving met zich meebrengen. Daarbij hanteren wij de navolgende gebruiksfuncties en ondergrenzen:

Gebouwgroep 1:

De gebruiksfuncties benoemd in gebouwgroep 1 vallen onder de meldingsplicht brandveilig gebruik. Gebouwgroep 1 is hier dan ook niet van toepassing.

gebouwgroep 2:

Ondergrens advisering : functie bestemd voor  meer dan 10 personen:

• Logiesfuncties

gebouwgroep 3:

Ondergrens advisering: functie bestemd voor meer dan 10 personen:

• Woonfunctie voor 24-uurszorg;

• Bijeenkomstfunctie voor kinderopvang (jonger dan 4 jaar);

• Celfunctie;

• Gezondheidszorgfunctie met bedgebied.

Gebouwgroep 4:

De gebruiksfuncties benoemd in gebouwgroep 4 vallen onder de meldingsplicht brandveilig gebruik. Gebouwgroep 4 is hier dan ook niet van toepassing.

Daarnaast kan sprake zijn van toezicht met een spoedeisend karakter. Ook deze specifieke gevallen kunnen wij u van een maatwerk advies voorzien.

Bij het toezicht op een melding brandveilig gebruik verstrekken wij u een integraal advies.

In het advies maken we onderscheid in:

1. Module toetsing: Bij het toetsen vindt een validatie van het initiatief plaats aan de hand van de (brand-)veiligheidsvoorschriften voortvloeiende uit de wet- en regelgeving.

2. Module scenarioanalyse: Bij het adviseren op basis van een scenarioanalyse ligt de focus op een integrale beoordeling van het brandveiligheidsconcept op de onderdelen voorkomen, beheersen en bestrijden, aan de hand van de volgende vier thema’s:

•       Fysieke veiligheid

•       Impact

•       Schade

•       Beheersbaarheid

Bij advisering op basis van een  scenarioanalyse beschrijven we relevante incidentscenario’s en noodzakelijke beveiligingsvoorzieningen en maatregelen om het restrisico in verdergaande mate te verkleinen.  Ook beschrijven we de mogelijkheden voor incidentbeheersing en -bestrijding.

3. Module risicocommunicatie: Inzet van risicocommunicatie als onderdeel van het concept Brandveilig Leven met als doelen:

a.   Het vergroten van het risicobewustzijn

b.   Het versterken / verduidelijken van de verantwoordelijkheidsverdeling

c.   Het vergroten van de zelfredzaamheid door het bieden van een handelingsperspectief

Geen nood bij brand

Bij brandveiligheidscontroles in zorgorganisaties ontstonden vaak moeizame discussies over investeringen in brandveiligheid; zorgorganisaties zagen de brandweer liever gaan dan komen. De manier van samenwerken in Geen nood bij brand! is een omslag voor alle partijen. Van controle op zorgorganisaties naar partners in veiligheid.

Sinds 2012 wordt Geen Nood Bij Brand! met succes uitgevoerd in de Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant. Het complete proces van begin tot eind duurt per zorginstelling ongeveer anderhalf jaar. Uiteraard is het daarmee niet af. De aandacht voor brandveiligheid is een continu proces en maakt onderdeel uit van een werkend veiligheid volgsysteem.

TOEZICHT NACHTRECREATIE

Brandweer Midden- en West-Brabant levert hieraan een bijdrage in overleg met de gemeente door inspectie van de brandveiligheid, advisering van het bevoegd gezag en het breed verstrekken van informatie over brandveiligheid in algemene zin en veilige recreatie in het bijzonder.

STRUCTUREEL TERUGDRINGEN ONGEWENSTE EN ONECHTE MELDINGEN (STOOM)

Nodeloze uitrukken als gevolg van automatische brandmeldingen leggen een grote druk op de brandweerorganisatie en de maatschappij. Iedere uitruk brengt een verhoogd risico in het verkeer met zich mee. Ook is de brandweer dan niet beschikbaar voor een echte calamiteit en worden werkgevers van de vrijwilligers onnodig belast.

Brandweer Midden- en West-Brabant wil met de uitvoering van het proces STOOM (Structureel terugdringen onterechte en onechte meldingen) het aantal nodeloze meldingen als gevolg van automatische brandmeldingen via het Openbaar Meld Systeem (OMS) zo veel mogelijk terugdringen. STOOM is geïnitieerd door Brandweer Nederland en heeft als belangrijkste doelstelling het aantal loze brandmeldingen (96% van het totaal) met 50% terug te dringen.

TOEZICHT EVENEMENTENVERGUNNING

De brandweer heeft in dit kader een ondersteunende en adviserende rol in een multidisciplinaire omgeving op gebied van vergunningverlening, toezicht en handhaving.

Wij denken mee in de voorbereiding, tijdens en na afloop van een evenement. Het belangrijkste is dat een evenement feestelijk verloopt en dat de veiligheid van bewoners, deelnemers en bezoekers is gewaarborgd.

Evenementen kenmerken zich door hun specifieke karakter; veel en veranderlijke variabelen spelen een rol bij de afwegingen inzake de veiligheid van een evenement. Ook bij evenementen met een repeterend karakter kunnen zich wijzigingen voordoen, die tot gevolg kunnen hebben dat eerdere inschattingen en afspraken moeten worden herzien. Wij baseren onze advisering op basis van een risicoscan van het evenement op basis van de Landelijke Handreiking Evenementen-veiligheid (IFV). Hierin worden op basis van een risicoscan-tool de volgende categorisering beschreven:

1.       Meldingsplichtige evenementen (klasse 0, algemene regels)

2.       Regulier evenement (klasse A, algemene regels)

3.       Aandachtsevenement (klasse B, in aanleg multidisciplinaire voorbereiding, maatwerk)

4.       Risicovol evenement (klasse C, multidisciplinaire voorbereiding, maatwerk)

In termen van de categorisering van de Landelijke Handreiking Evenementen-veiligheid zetten wij onze capaciteit in ‘op die plaatsen waar het er echt toe doet’, de klassen B- en C-evenementen. In overleg met de gemeente zal de toezichtfrequentie worden bepaald.  

Voorlichting brandveiligheid en risicobewustzijn

Ten aanzien van brandveilig gebruik is een actieve rol belegd bij de brandweer Midden en West Brabant. Naast het repressieve optreden van de brandweer speelt de brandweer een belangrijke rol bij de preventie. Daar waar de brandweer een aantal jaren geleden vooral regelgericht bezig was en het hebben van een gebruiksvergunning synoniem stond met ‘brandveilig’ zijn, wordt nu een koers gevaren die erop gericht is de gebruikers zelf mee te nemen in brandveiligheid. Eigen verantwoordelijkheid van een gebruiker wordt hierbij onder de aandacht gebracht. Constateringen van niet voldoen aan regels worden gemotiveerd en toegelicht. Voorlichting vindt vooral doelgroepgericht plaats. Zo wordt bijvoorbeeld aan bedrijven, ouderen en kinderopvangorganisaties presentaties en voorlichting gegeven. Het vergroten van het (brand)veiligheidsbewustzijn van de eigenaar/gebruiker is een speerpunt. Bij de beoordeling van aanvragen om omgevingsvergunning voert de brandweer Midden en West Brabant een integrale brandveiligheidstoets uit. Kortom een toets die verder gaat dan alleen het Bouwbesluit 2012. In de adviezen wordt dan onderscheid gemaakt in wettelijk verplichte onderdelen en wordt advies gegeven in bijvoorbeeld organisatorische zin. Dit onderscheid wordt ook meegenomen bij de verlening van de aanvragen om omgevingsvergunning.

Toolbox

De Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant heeft in haar beleidsplan vastgelegd wat de maximale opkomsttijden mogen zijn bij de diverse gebruiksfuncties. Hieraan lag een analyse van de brandrisico’s ten grondslag. De brandweer in deze regio kan echter niet bij iedere melding binnen de gestelde normtijd ter plekke zijn. Om het risico van langere opkomsttijden te beperken heeft de Veiligheidsregio voor haar gemeenten een voorstel in de vorm van een handreiking uitgewerkt. Deze handreiking is onder andere te raadplegen op www.brandweermwb.nl. De handreiking bevat maatregelen die de gemeenten voor deze gevallen kunnen nemen. Het brandveiliger maken van de leefomgeving is echter niet alleen aan de orde voor gebieden waar de brandweer buiten de opkomsttijd arriveert, maar nadrukkelijk ook voor die gebieden waar de brandweer wel op tijd ter plekke is.

De handreiking is een samenwerking tussen de gemeenten en brandweer en biedt de mogelijkheid om samen met maatschappelijke partners te zorgen dat er minder branden ontstaan, branden eerder ontdekt worden en het ontvluchten wordt verbeterd.

Bijlage 2 Werkafspraken toezichthouder Wabo en toezichthouder Leefomgeving

Activiteiten gerelateerd aan een omgevingsvergunning

Taakverdeling

Portefeuille-houder

Verlening vergunning

Wabo

V/T

Toezicht vergunning

(tot de gereedmelding / ingebruikname)

Wabo

V/T

Bijsturen / waarschuwen (verzenden brief) bij overtredingen of strijdigheid van de vergunning.

Wabo

V/T

Legalisatieonderzoek :

- Omschrijving van de afwijkingen

- Toets afwijkingen aan art. 2 en 3 horende bij bijlage II van het Bor

- Toets welstand, bestemmingsplan en eventueel afwijkingsmogelijkheid

Wabo

V/T

Legalisatieonderzoek positief

(Opstellen brief met termijn naar aanvrager, bij geen gehoor naar jurist handhaving)

Wabo

V/T

Legalisatieonderzoek negatief

( Een compleet rapport wordt aangeboden aan jurist handhaving. Hierin staan de geconstateerde afwijkingen, de legalisatietoets en een eventueel advies)

Van Wabo naar Handhaving

V/T

Afhandeling klachten / meldingen over een vergund project --> de bouw is bezig

Wabo

V/T

Stilleggen werkzaamheden op grond van art. 5.17 Wabo (gericht op het tegengaan of beëindigen van gevaar voor de gezondheid of de veiligheid worden getroffen)

Let op conform mandaatbesluit:

Voorafgaand overleg met juridisch beleidsmedewerker Handhaving)

Mededeling ter plaatste door Wabo.

Het besluit tot oplegging van een last onder bestuursdwang of oplegging van een last onder dwangsom door juridisch medewerker

Handhaving

Activiteiten bij bouwen zonder vergunning en vergunningsvrij

taakverdeling

Portefeuille-houder

Signaleren van overtredingen door toezichthouder

Wabo / handhaving

V/T

Legalisatieonderzoek (voorstel)

Wabo

V/T

Afhandeling klachten/meldingen (Wabo)

Wabo

V/T

Toezicht (incl. beoordelen vergunningsvrij)

Wabo

V/T

Afhandeling klachten/meldingen (geen Wabo)

Leefomgeving

V/T

Toezicht tijdens handhavingtraject

Leefomgeving

Handhaving

stilleggen van een activiteit waarvoor vergunning nodig is.

Let op conform mandaatbesluit:

Voorafgaand overleg met juridisch beleidsmedewerker Handhaving)

Mededeling ter plaatste door Wabo / handhaving.

Het besluit tot oplegging van een last onder bestuursdwang of oplegging van een last onder dwangsom door juridisch beleidsmedewerker

Handhaving

Handhaven bij overtredingen:

Dwangmiddelen toepassen om overtreding ongedaan te maken (opstellen vooraanschrijving, opleggen sancties, uitvoeren van sancties)

Handhaving (jurist)

Handhaving

Diverse werkzaamheden

taakverdeling

Portefeuille-houder

Toezicht Wabo vergunningen en meldingen

Wabo

V/T

Toezicht activiteiten zonder vergunning of melding ?

Leefomgeving

V/T

Strijdig gebruik van gebouwen, erven en gemeentegrond

Bij melding of klacht, de toezichthouder Leefomgeving

Bij het aanwezig zijn van een vergunning, de toezichthouder Wabo

V/T

Toezicht op bestaande bouw

Wabo

V/T

Toezicht op vergunningsvrij bouwen

Wabo

V/T

Toezicht in relatie WOZ/BAG

Leefomgeving

V/T

Toezicht beeldbepalende panden

Wabo

V/T

Toezicht besluit eisen horeca-inrichting (adviseren)

Wabo

V/T

Toezicht APV gerelateerde klachten/meldingen

Boapool

V/T

Toezicht evenementen

Boapool / Leefomgeving

Evenementen

Toezicht melding sloop constructief

Wabo

V/T

Toezicht melding sloop asbest

Toezichthouder OMWB

V/T

Toezicht act. brandveiliggebruik

(éénmalig na gereedmelding)

Wabo

(adviseur brandweer)

V/T

Toezicht melding brandveiliggebruik

(éénmalig na gereedmelding)

Wabo

(adviseur brandweer)

V/T

Toezicht herhaling brandveiliggebruik conform

Handhaving uitvoeringsprogramma

Leefomgeving

V/T

Toezicht op inrichtingen Wet Milieubeheer conform

Handhaving uitvoeringsprogramma

Toezichthouder OMWB

Milieu

Toezicht BRP

Wabo en Leefomgeving

V/T